ECLI:NL:CRVB:2014:989
Centrale Raad van Beroep
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over de terugvordering van WW-uitkering en het vertrouwensbeginsel bij directeur-grootaandeelhouders
In deze tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep op 5 maart 2014, met zaaknummer 13/751 WW-T, wordt de terugvordering van een WW-uitkering van appellant besproken. Appellant, die als directeur-grootaandeelhouder werkzaam was in een B.V., had in 2008 een WW-uitkering aangevraagd en toestemming gekregen om een eigen bedrijf te starten. Het Uwv had later vastgesteld dat appellant een te hoog voorschot had ontvangen en vorderde een bedrag van € 16.883,66 terug. Appellant stelde dat hij was geïnformeerd door de re-integratiecoach dat bij de vaststelling van zijn inkomsten enkel de winst uit onderneming in aanmerking zou worden genomen, en niet zijn loon als directeur-grootaandeelhouder. De rechtbank had het beroep van appellant tegen het besluit van het Uwv ongegrond verklaard, maar appellant ging in hoger beroep.
De Raad oordeelt dat de re-integratiecoach tijdens een gesprek op 6 februari 2008, in de wetenschap dat appellant als directeur-grootaandeelhouder zou werken, had medegedeeld dat alleen de winst uit onderneming zou worden verrekend met de WW-uitkering. Dit leidde tot gerechtvaardigde verwachtingen bij appellant over de behandeling van zijn inkomsten. De Raad concludeert dat het Uwv niet had mogen uitgaan van het belastbaar loon van appellant, maar van de winst uit onderneming. De Raad kan zelf niet in de zaak voorzien en draagt het Uwv op om binnen zes weken een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen, waarbij het Uwv rekening moet houden met de uitspraak van de Raad.