ECLI:NL:CRVB:2014:729

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
5 maart 2014
Publicatiedatum
5 maart 2014
Zaaknummer
12-3140 VALYS
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing aanvraag hoog persoonlijk kilometerbudget door Argonaut Advies B.V. voor appellant

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 5 maart 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad. De appellant had een aanvraag ingediend voor een hoog persoonlijk kilometerbudget (pkb) bij Argonaut Advies B.V., welke aanvraag op 24 augustus 2011 werd afgewezen. Na bezwaar handhaafde Argonaut deze afwijzing op 12 oktober 2011. De rechtbank verklaarde het beroep van de appellant ongegrond, met de overweging dat, hoewel de appellant beperkingen heeft waardoor hij niet zelfstandig met de trein kan reizen, hij met begeleiding wel in staat is om te reizen. De rechtbank oordeelde dat Argonaut het Protocol inzake de afhandeling van indicatieaanvragen correct had toegepast en de aanvraag terecht had afgewezen.

In hoger beroep voerde de appellant aan dat zijn gezondheidstoestand was verslechterd en dat reizen per trein voor hem niet mogelijk was. Hij benadrukte het belang van contact met zijn familie, die op aanzienlijke afstand woont, en dat hij geen auto heeft. Argonaut refereerde zich aan het oordeel van de rechtbank. De Raad overwoog dat de appellant in hoger beroep geen nieuwe gronden had aangevoerd en zich had beperkt tot het herhalen van eerdere argumenten. De Raad concludeerde dat de rechtbank de beroepsgronden afdoende had besproken en gemotiveerd waarom de afwijzing van de aanvraag op goede gronden was. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.

Uitspraak

12/3140 VALYS
Datum uitspraak: 5 maart 2014
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad van
23 april 2012, 11/2353 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
Argonaut Advies B.V. (Argonaut)
PROCESVERLOOP
Namens appellant heeft C.E. van der Plas-Fitzpatrick hoger beroep ingesteld.
Argonaut heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 22 januari 2014. Namens appellant is
Van der Plas-Fitzpatrick verschenen. Argonaut heeft zich laten vertegenwoordigen door
mr. E. Moerman en S.J. Heemstra, arts.

OVERWEGINGEN

1.1. Bij besluit van 24 augustus 2011 heeft Argonaut de aanvraag van appellant, strekkende tot toekenning van een hoog persoonlijk kilometerbudget (pkb) afgewezen.
1.2. Na bezwaar heeft Argonaut deze afwijzing gehandhaafd bij besluit van 12 oktober 2011 (bestreden besluit).
2.
De rechtbank heeft het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard op de grond dat - kort gezegd - Argonaut de beperkingen waardoor appellant niet zelfstandig met de trein kan reizen onderkent, maar dat hij ondanks zijn beperkingen met begeleiding met de trein kan reizen. Volgens de rechtbank heeft Argonaut de in het Protocol inzake de afhandeling van indicatieaanvragen hoog persoonlijk kilometerbudget Bovenregionaal Vervoer Gehandicapten (Protocol) juist gehanteerd en de aanvraag terecht afgewezen.
3.1.
In hoger beroep heeft appellant aangevoerd dat hij het niet eens is met het oordeel van de rechtbank. Zijn gezondheidstoestand is verslechterd en reizen per trein is voor hem niet mogelijk. Het contact met zijn op aanzienlijke afstand wonende familie is van groot belang. Sociaal isolement dreigt. Hij heeft geen auto en zijn echtgenote heeft geen rijbewijs.
3.2.
Argonaut heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4.
De Raad overweegt het volgende.
4.1.
Appellant heeft in hoger beroep geen wezenlijk nieuwe of andere gronden naar voren gebracht of redenen vermeld waarom de rechtbank tot een ander oordeel had moeten komen. Appellant heeft zich beperkt tot het herhalen van de in bezwaar en beroep aangevoerde gronden.
4.2.
De rechtbank heeft deze beroepsgronden in de aangevallen uitspraak afdoende besproken en genoegzaam gemotiveerd waarom Argonaut de aanvraag van appellant op goede gronden heeft afgewezen. De Raad verenigt zich met het door de rechtbank gegeven oordeel.
4.3.
De bezwaararts heeft de medische situatie van appellant ten tijde van bezwaar in zijn beoordeling betrokken. Appellant heeft in hoger beroep geen medische gegevens overgelegd ter onderbouwing van zijn standpunt dat hij toen, ook met begeleiding, niet met de trein kon reizen. Voor zover de medische situatie van appellant na het bestreden besluit verder is verslechterd, valt dit buiten de beoordelingsperiode. Niet is gebleken van andere omstandigheden die ertoe leiden dat de situatie van appellant zodanig bijzonder is dat Argonaut met toepassing van artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht had moeten afwijken van het Protocol.
4.4.
Het hoger beroep slaagt daarom niet. De aangevallen uitspraak zal worden bevestigd.
5.
Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan door I.M.J. Hilhorst-Hagen als voorzitter en M.F. Wagner en
D.S. de Vries als leden, in tegenwoordigheid van J.C. Hoogendoorn als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 5 maart 2014.
(getekend) I.M.J. Hilhorst-Hagen
(getekend) J.C. Hoogendoorn

QH