ECLI:NL:CRVB:2014:4457
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift niet ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding in zorgverzekeringswet
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 31 december 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft een bezwaar van appellante, woonachtig in Zwitserland, tegen een besluit van de Sociale Verzekeringsbank (Svb) van 1 maart 2013. De rechtbank had het beroep van appellante gegrond verklaard, maar de Raad oordeelt dat het bezwaar niet-ontvankelijk is verklaard vanwege een niet verschoonbare termijnoverschrijding. De Raad overweegt dat appellante haar gemachtigde tijdig heeft ingelicht over de termijn voor het indienen van bezwaar, maar dat de gemachtigde op onjuiste gronden heeft aangenomen dat de termijn pas na ontvangst van het besluit begint. De Raad stelt vast dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar is, ondanks de argumenten van de gemachtigde dat dit excessief formalisme zou zijn en in strijd met internationaal recht. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand blijven. De Raad concludeert dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.