ECLI:NL:CRVB:2014:3406
Centrale Raad van Beroep
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechters in bestuursrechtelijke zaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 oktober 2014 uitspraak gedaan op een wrakingsverzoek van verzoeker tegen de rechters M.M. van der Kade, T.L. de Vries en J. Brand. Verzoeker had eerder hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Zutphen en voerde aan dat de rechters niet onpartijdig waren in de behandeling van zijn zaak. Hij stelde dat de rechters in hun eerdere uitspraak van 25 april 2014 ten onrechte geen inhoudelijke beoordeling hadden gegeven van zijn verzoeken tot schadevergoeding en dat dit leidde tot een objectief gerechtvaardigde vrees voor partijdigheid. De Raad heeft de argumenten van verzoeker zorgvuldig overwogen, maar concludeerde dat er geen aanknopingspunten waren voor de vrees dat de rechters vooringenomen zouden zijn. De Raad benadrukte dat rechters uit hoofde van hun aanstelling vermoed worden onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De Raad wees het wrakingsverzoek af en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en is ondertekend door de voorzitter en de griffier.