Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling van vergoeding van wettelijke rente af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank ’s-Hertogenbosch, waarin de rechtbank het beroep tegen het bestreden besluit van het Uwv ongegrond heeft verklaard. Appellant, die voorheen werkzaam was als quality engineer, is sinds 21 april 2009 arbeidsongeschikt door psychische en fysieke klachten. Hij heeft op 18 december 2010 een aanvraag ingediend voor een uitkering op basis van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA). Het Uwv heeft vastgesteld dat appellant met ingang van 19 april 2011 recht heeft op een loongerelateerde WGA-uitkering, omdat hij 40% arbeidsongeschikt is geacht. Appellant is het niet eens met de vastgestelde beperkingen en de geschiktheid voor de geduide functies, en heeft hoger beroep ingesteld.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de rechtbank terecht de FML van 23 juni 2011 heeft onderschreven. De Raad oordeelt dat er geen redenen zijn om te twijfelen aan de (medische) geschiktheid van de functies, zoals vastgesteld door de bezwaararbeidsdeskundige. De Raad heeft de argumenten van appellant, waaronder de stelling dat hij niet in staat is om de geduide functies te vervullen vanwege zijn klachten, niet overtuigend geacht. De Raad heeft vastgesteld dat de bezwaararbeidsdeskundige de signaleringen die duiden op eventuele overschrijdingen van de belastbaarheid voldoende heeft toegelicht.
De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd, en het verzoek om vergoeding van wettelijke rente wordt afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.