ECLI:NL:CRVB:2014:2108
Centrale Raad van Beroep
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om wraking van mr. C.C.W. Lange in hoger beroep tegen de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 juni 2014 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van mr. C.C.W. Lange, gedaan door een verzoeker in een hoger beroep tegen de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Het wrakingsverzoek volgde op een mededeling van de Raad op 2 juni 2014, waarin werd aangegeven dat er op dat moment geen mogelijkheden waren om het verzoek om onderzoek in te willigen. De verzoeker stelde dat de afwijzing van zijn verzoeken om onderzoek een boycot van waarheidsvinding impliceert en dat mr. Lange vooringenomen zou zijn. De Raad oordeelde dat wraking niet bedoeld is als rechtsmiddel tegen procedurele beslissingen, tenzij er sprake is van vooringenomenheid van de rechter. In dit geval was er geen bewijs van vooringenomenheid, waardoor het verzoek om wraking werd afgewezen. De Raad concludeerde verder dat de verzoeker misbruik maakte van de mogelijkheid om wrakingsverzoeken in te dienen, en bepaalde dat een volgend verzoek om wraking in dit hoger beroep niet in behandeling zou worden genomen. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met E.J.M. Heijs als voorzitter en J. Brand en B.J. van de Griend als leden, in aanwezigheid van griffier C.E.M. van Paddenburgh.