ECLI:NL:CRVB:2014:1433
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beëindiging en intrekking van bijstand wegens schending van de inlichtingenverplichting door appellant met een incassobedrijf
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 april 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging en intrekking van de bijstandsverlening aan appellant, die werkzaam was als zelfstandige met een incassobedrijf. Appellant had bijstand aangevraagd op 28 januari 2011, maar heeft in de periode daarna geen openheid van zaken gegeven over zijn activiteiten. Dit leidde tot een onderzoek door de sociale recherche, dat aan het licht bracht dat appellant in werkelijkheid incassowerkzaamheden verrichtte zonder dit te melden aan het dagelijks bestuur van de Regionale Sociale Dienst en Kredietbank Alblasserwaard/Vijfheerenlanden. De Raad oordeelde dat appellant de op hem rustende inlichtingenverplichting had geschonden, waardoor het recht op bijstand niet kon worden vastgesteld. De rechtbank Dordrecht had eerder het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard, en de Centrale Raad bevestigde deze uitspraak. De Raad concludeerde dat de schending van de inlichtingenverplichting door appellant in de weg staat aan een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel en het rechtszekerheidsbeginsel. De uitspraak benadrukt het belang van transparantie en eerlijkheid in de communicatie met de sociale diensten, vooral wanneer het gaat om het recht op bijstand.