Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bepaalt dat de verzoeken om wraking van mr. Hillen niet in behandeling worden genomen;
- bepaalt dat een volgend verzoek van verzoeker om wraking van mr. Hillen in
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 28 april 2014 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van mr. M. Hillen door de verzoeker. De verzoeker had eerder hoger beroep ingesteld tegen uitspraken van de rechtbanken in 's-Hertogenbosch en Oost-Brabant. In een eerdere uitspraak van 22 oktober 2013 had de Raad al een wrakingsverzoek van de verzoeker afgewezen. Tijdens een zitting op 1 april 2014 heeft de verzoeker opnieuw verzocht om wraking van mr. Hillen, die weigerde in de wraking te berusten. De Raad heeft vastgesteld dat verzoeker geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangedragen die na zijn eerdere verzoeken aan hem bekend zijn geworden. Volgens artikel 8:16 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan een volgend verzoek om wraking van dezelfde rechter niet in behandeling worden genomen, tenzij er nieuwe feiten zijn. De Raad concludeert dat verzoeker misbruik maakt van zijn bevoegdheid om wrakingsverzoeken in te dienen. Daarom worden de verzoeken om wraking van mr. Hillen niet in behandeling genomen, en wordt bepaald dat een volgend verzoek van verzoeker om wraking in deze hoger beroepen niet in behandeling zal worden genomen. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.