ECLI:NL:CRVB:2013:2138
Centrale Raad van Beroep
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van wrakingsverzoeken tegen raadsheer en wrakingskamer
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 22 oktober 2013 uitspraak gedaan over de wrakingsverzoeken van verzoeker tegen de raadsheer M. Hillen en de rechters van de wrakingskamer. Verzoeker had hoger beroep ingesteld tegen eerdere uitspraken van de rechtbanken in 's-Hertogenbosch en Oost-Brabant. Tijdens de zitting op 24 september 2013 verzocht verzoeker om wraking van mr. Hillen, waarna de zitting werd geschorst. Op 15 oktober 2013 werd verzoeker en mr. Hillen de gelegenheid geboden om hun standpunten toe te lichten. Mr. Hillen weigerde echter om zich te laten horen.
De Raad overweegt dat een verzoek om wraking van een rechterlijk college niet valt onder artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit artikel stelt dat een partij een rechter kan wraken op basis van feiten die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. De Raad concludeert dat de wrakingsgrond van verzoeker, die stelde dat mr. Hillen lid is van een criminele organisatie, niet kan slagen. Eveneens wordt opgemerkt dat procedurele beslissingen, zoals de behandeling door een enkelvoudige kamer, niet als wrakingsgrond kunnen dienen tenzij er sprake is van vooringenomenheid.
De Raad wijst de verzoeken om wraking af, omdat de aangevoerde gronden niet voldoende zijn om te concluderen dat de rechters niet onpartijdig zouden zijn. De beslissing is openbaar uitgesproken en er zijn geen proceskosten toegewezen.