ECLI:NL:CRVB:2013:BZ1493
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- C.W.J. Schoor
- T.L. de Vries
- H.J. Simon
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake WAO-uitkering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 15 februari 2013 uitspraak gedaan op een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Verzoeker, A. te B., had verzocht om herziening van de uitspraak van 25 september 2009, waarin de rechtbank Assen het beroep van verzoeker tegen een besluit van het Uwv ongegrond had verklaard. Dit besluit betrof de hoogte van het terug te vorderen bedrag van € 41.495,-, vastgesteld door het Uwv ter uitvoering van een eerdere uitspraak van de Raad.
Het verzoek om herziening is ingediend op basis van artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat stelt dat een onherroepelijke uitspraak kan worden herzien op grond van feiten en omstandigheden die vóór de uitspraak hebben plaatsgevonden, maar niet bekend waren bij de indiener. De Raad heeft in zijn overwegingen benadrukt dat het rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak, tenzij er sprake is van nieuw feit of nieuwe omstandigheid.
De Raad heeft vastgesteld dat verzoeker geen nieuw feit of nieuwe omstandigheid heeft aangedragen die aanleiding zou geven tot herziening van de eerdere uitspraak. De Raad heeft daarom het verzoek om herziening afgewezen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met C.W.J. Schoor als voorzitter, en de leden T.L. de Vries en H.J. Simon. De beslissing is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van griffier Z. Karekezi.