ECLI:NL:CRVB:2013:2237
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag algemene bijstand wegens onvoldoende medewerking aan huisbezoek
In deze zaak heeft appellante op 27 januari 2011 een aanvraag om bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand ingediend. Het college van burgemeester en wethouders van Stein heeft deze aanvraag op 23 maart 2011 afgewezen, omdat appellante weigerde medewerking te verlenen aan een huisbezoek dat nodig was om haar woon- en leefsituatie te verifiëren. De rechtbank Maastricht heeft het beroep van appellante tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, waarna appellante in hoger beroep ging.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak op 29 oktober 2013 behandeld. Tijdens de zitting op 17 september 2013 zijn partijen niet verschenen. De Raad heeft vastgesteld dat appellante niet aan haar inlichtingen- en medewerkingsverplichting heeft voldaan, wat een grond vormt voor de weigering van bijstand. De Raad oordeelt dat het college terecht heeft gesteld dat er een redelijke grond was voor het huisbezoek en dat appellante geen gerechtvaardigde reden had om hieraan niet mee te werken.
De Raad benadrukt dat het belang van het bijstandverlenend orgaan om de woonsituatie van de aanvrager te verifiëren groot is, en dat alleen een zeer dringende reden een weigering van medewerking kan rechtvaardigen. Aangezien appellante niet heeft voldaan aan haar verplichtingen, bevestigt de Raad de uitspraak van de rechtbank en wijst het hoger beroep af. De uitspraak is openbaar gedaan op 22 oktober 2013.