ECLI:NL:CRVB:2013:2206
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van kosten voor tuinonderhoud en schoonmaakwerkzaamheden in het kader van persoonsgebonden budget
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 oktober 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Leeuwarden. De appellante had een persoonsgebonden budget (pgb) van € 1.878,03 ontvangen voor de zorgfunctie individuele begeleiding voor de periode van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2009. Bij het verantwoordingsformulier pgb 2009 heeft appellante kosten opgegeven voor tuinonderhoud en schoonmaakwerkzaamheden van haar kas, die door het zorgkantoor niet als zorgkosten werden erkend. Het zorgkantoor stelde dat deze kosten niet ten laste van het pgb konden worden gebracht, omdat het geen zorg betrof zoals bedoeld in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De rechtbank had het beroep van appellante gegrond verklaard, maar de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand gelaten.
Appellante was het niet eens met deze beslissing en stelde dat de rechtbank de functie begeleiding te beperkt had uitgelegd. De Raad heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. De Raad concludeerde dat de door appellante opgevoerde kosten niet zijn besteed aan begeleiding in de zin van artikel 6 van het Besluit zorgaanspraken AWBZ. De werkzaamheden die door derden zijn uitgevoerd, zoals het schoonmaken van de kas en het onderhoud van de tuin, vallen niet onder de begeleiding die in de AWBZ is bedoeld. De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd, omdat de kosten niet aan de zorgfunctie individuele begeleiding kunnen worden toegerekend.
De Raad heeft ook overwogen dat er geen aanleiding is voor een veroordeling in de proceskosten, aangezien het hoger beroep niet slaagde. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.