ECLI:NL:CRVB:2013:1522
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van ontslag wegens ongeschiktheid van een ambtenaar na herhaalde negatieve beoordelingen en onvoldoende verbetering
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellante tegen de beslissing van de korpschef van de politieregio Haaglanden om haar eervol ontslag te verlenen wegens ongeschiktheid. Appellante, die sinds 1980 werkzaam was bij de politie, had gedurende een lange periode te maken met negatieve beoordelingen van haar functioneren en gedrag. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de korpschef voldoende gelegenheid heeft geboden aan appellante om haar functioneren te verbeteren, maar dat deze inspanningen geen resultaat hebben opgeleverd. De beoordeling van appellante was gebaseerd op concrete feiten en niet op subjectieve gronden. De Raad bevestigt dat de korpschef bevoegd was om het ontslag te verlenen op basis van artikel 94 van het Besluit algemene rechtspositie politie (Barp). De Raad komt tot de conclusie dat het hoger beroep van appellante niet slaagt en bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank.