ECLI:NL:CRVB:2007:BC0455
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bepaling van maatgevend inkomen bij arbeidsongeschiktheid op basis van winst over meerdere jaren
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 7 december 2007 uitspraak gedaan in hoger beroep over de toekenning van een arbeidsongeschiktheidsuitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsuitkering zelfstandigen (WAZ). De Raad heeft het hoger beroep van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (appellant) tegen de uitspraak van de rechtbank Roermond van 22 februari 2005, waarin de rechtbank oordeelde dat het maatgevende inkomen van betrokkene over een periode van vijf jaar moest worden berekend, behandeld.
De rechtbank had geoordeeld dat de berekening van het maatgevende inkomen op basis van de winsten over de drie jaren voorafgaand aan de arbeidsongeschiktheid niet representatief was, omdat dit resulteerde in een nulbedrag. Betrokkene, die als agrariër werkzaam was, had te maken gehad met de gevolgen van de uitbraak van varkenspest, wat leidde tot negatieve bedrijfsresultaten in de jaren 1998, 1999 en 2000. In 2001 werd hij arbeidsongeschikt.
De Centrale Raad van Beroep oordeelde echter dat de omstandigheden van betrokkene onvoldoende grondslag boden om af te wijken van de hoofdregel dat het maatgevende inkomen moet worden vastgesteld op basis van de winst over de drie jaren voorafgaand aan de arbeidsongeschiktheid. De Raad vernietigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van appellant alsnog ongegrond. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.
Deze uitspraak benadrukt het belang van de hoofdregel bij de bepaling van het maatgevende inkomen en de beperkingen van uitzonderingen op deze regel, zelfs in situaties van bijzondere omstandigheden zoals die van betrokkene.