ECLI:NL:CRVB:2006:AX6477
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering van bijstandsuitkering wegens erfdeel
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 16 mei 2006 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen. Appellant had vanaf 5 maart 1991 een bijstandsuitkering op basis van de Algemene bijstandswet (Abw). Na het overlijden van zijn vader op 7 juni 2002, en de verwachting dat hij een erfdeel zou ontvangen, heeft het College de bijstandsverlening met ingang van 1 juli 2002 voortgezet in de vorm van een geldlening. Op 19 mei 2003 heeft het College het recht op bijstand van appellant met ingang van 1 maart 2003 ingetrokken, omdat hij over voldoende middelen beschikte door de ontvangst van zijn erfdeel. Tevens heeft het College de kosten van teveel verleende bijstand teruggevorderd tot een bedrag van € 6.232,49.
Appellant heeft bezwaar gemaakt tegen deze besluiten, maar het College heeft het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard voor de intrekking van de bijstand en de terugvordering gehandhaafd. In hoger beroep heeft appellant zijn bezwaren tegen de uitspraak van de rechtbank van 16 december 2004 herhaald. De Raad heeft vastgesteld dat appellant niet langer de juistheid van de intrekking van zijn recht op bijstand betwistte, maar zich richtte op procedurele aspecten en de gevolgen van de terugvordering.
De Raad heeft de argumenten van appellant, waaronder de vermeende onjuistheden in het proces-verbaal van de rechtbank en de klacht over bestuurlijke traagheid, niet gevolgd. De Raad oordeelde dat er geen sprake was van schending van de redelijke termijn of van dringende redenen om van terugvordering af te zien. De Raad bevestigde de aangevallen uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de financiële positie van appellant geen uitzonderlijke omstandigheden opleverde die een andere beslissing rechtvaardigden. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met C. van Viegen als voorzitter.