In het rapport van bevindingen van de toezichthouder van 28 oktober 2020 is, voor zover van belang, het volgende vermeld over wat hij tijdens de inspectie heeft waargenomen:
“[…]Datum en tijdstip van de bevindingen: 12 oktober 2020 omstreeks 11:32 en 13:42 uur.
[…]
Tijdens de uitoefening van mijn reguliere taak als toezichthoudend dierenarts van de NVWA, belast met de PM (Post mortem) 2 keuring bij [naam 1] , bevond ik mij omstreeks 11.32 uur in de opknapcel, alwaar ik een varkenskarkas had goedgekeurd. Dit karkas werd daarna via de rails aan het plafond verplaatst naar de karkaskoelcel. Daarbij zag ik verderop in de karkaskoelcel dat een metalen plaat die zich bevond onder een koeler aan het plafond, bedekt was met hangende druppels condens, terwijl zich onder de plaat rails bevonden met voor humane consumptie bestemde karkassen. Hierop heb ik direct de chef van de schone slachthal, [naam 6] , aangesproken. Hij verwees mij echter door naar de verantwoordelijk chef van de uitsnijderij, [naam 7] . Omdat ik [naam 7] zocht, maar niet kon vinden, maar wel [naam 8] , verantwoordelijk medewerker voor de karkaskoelcel, zag, heb ik hem de condensdruppels aan de metalen plaat onder de koeler aan het plafond laten zien, waarop hij het personeel kon aansturen om de condens te verwijderen. Aangezien ik [naam 7] nog steeds niet kon vinden, ben ik rechtstreeks naar [naam 9] , bedrijfsleider, gegaan, om hem van mijn bevindingen op de hoogte te stellen en hem mee te delen dat ik hiervoor een rapport van bevindingen zou opmaken.
Hij vertelde mij dat de betreffende koeler kapot en uitgezet was en dat deze koeler diezelfde ochtend gerepareerd zou worden.
Toen ik omstreeks 13:42 uur terug kwam in de karkaskoelcel om te zien of de reparatie van de koeler gelukt was, bleek er wederom condens op dezelfde metalen plaat onder de koeler aan het plafond aanwezig te zijn. Deze keer zag ik ook condensdruppels die op de eronder hangende varkenskarkassen, bestemd voor humane consumptie, vielen. Hierop ben ik weer direct naar [naam 7] en [naam 9] gegaan om ook deze bevinding aan hen te melden. Tevens heb ik aangegeven dat ik ook deze bevinding zou opnemen in een rapport van bevindingen.
Ondanks mijn constatering om 11:32 uur die morgen, werd het vallen van condensdruppels op karkassen, goedgekeurd voor humane consumptie, niet voorkomen, noch door de ontstane condens tijdig weg te halen, noch door geen karkassen te hangen aan de rails onder de betreffende kapotte koeler, totdat de koeler wel gerepareerd zou zijn. […].”