ECLI:NL:CBB:2024:879
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing subsidieaanvraag voor startende MKB-ondernemingen op basis van inschrijvingseis in handelsregister
Op 3 december 2024 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan in de zaak tussen een ondernemer en de minister van Economische Zaken. De ondernemer had een aanvraag ingediend voor een subsidie op basis van de Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19 (TVL) voor het vierde kwartaal van 2021. De minister had deze aanvraag afgewezen omdat de ondernemer niet voldeed aan de inschrijvingseis, die vereist dat de inschrijfdatum in het handelsregister ligt tussen 1 juli 2020 en 30 juni 2021. De ondernemer was op 29 april 2020 ingeschreven, wat buiten deze periode valt.
De ondernemer voerde aan dat hij pas in 2021 zijn eetcafé had geopend en dat hij door de afwijzing van zijn aanvraag onterecht werd benadeeld. Hij vroeg het College om zijn aanvraag alsnog goed te keuren of hem de mogelijkheid te geven een aanvraag in te dienen op basis van de reguliere TVL. Het College oordeelde echter dat de inschrijvingseis een legitieme voorwaarde is en dat er geen onredelijk bezwarende omstandigheden waren die de minister zouden verplichten om deze eis buiten toepassing te laten. De ondernemer had geen recht op subsidie op basis van de TVL-startersregeling, omdat hij niet voldeed aan de inschrijvingseis.
Het College verklaarde het beroep van de ondernemer ongegrond, waarmee de afwijzing van de subsidieaanvraag door de minister werd bevestigd. De uitspraak benadrukt het belang van de inschrijvingseis en de toepassing van de regels zoals vastgesteld door de regelgever.