In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, gedateerd 28 februari 2023, zijn de beroepen van Business Investment Coach Holding B.V. tegen de afwijzing van haar subsidieaanvragen op grond van de Tijdelijke subsidieregeling continuïteit bruine vloot (TVLBV), de Regeling subsidie vaste lasten startende MKB-ondernemingen COVID-19 (SVL) en de TVL-regeling voor het vierde kwartaal van 2021 ongegrond verklaard. De aanvragen werden afgewezen omdat appellante niet voldeed aan de vereisten van de regelingen. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat de onderneming niet geregistreerd stond onder de juiste SBI-codes op de relevante datum en dat de inschrijfdatum in het handelsregister niet binnen de vereiste periode viel. Het College oordeelde dat de enkele omstandigheid dat appellante buiten de regelingen valt, onvoldoende was om een uitzondering te maken. De uitspraak benadrukt de strikte naleving van de voorwaarden voor subsidieaanvragen en de afwezigheid van een hardheidsclausule in de betrokken regelingen. De appellante had ook geen geslaagd beroep op het gelijkheidsbeginsel kunnen doen, aangezien haar situatie niet vergelijkbaar was met die van andere bruine vlootondernemingen die wel subsidie ontvingen. De beslissing van de minister om de aanvragen af te wijzen werd derhalve als rechtmatig beschouwd.