ECLI:NL:CBB:2022:757
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van de uitspraak inzake mestboete en overtredingen van de Meststoffenwet
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 15 november 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Overijssel van 25 januari 2021. Appellante, een erkend intermediair en transportbedrijf dat dierlijke meststoffen exporteert, had hoger beroep ingesteld tegen een boete die door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit was opgelegd wegens meerdere overtredingen van de Meststoffenwet. De minister had vastgesteld dat appellante in de maanden december 2019 en januari 2020 82 keer de laaddatum van de meststoffen niet naar waarheid had ingevoerd in het systeem e-CertNL. De rechtbank had de boete bevestigd, en appellante voerde aan dat de minister niet bevoegd was om meerdere boetes op te leggen voor de herhaalde overtredingen.
Het College bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat appellante niet in haar verdedigingsbelang was geschaad door de onjuiste vermelding van de feitcode in het primaire besluit. De rechtbank had terecht geoordeeld dat er sprake was van overtredingen van artikel 57b, tweede lid, van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet. Appellante had niet onderbouwd dat er sprake was van overmacht, en het College oordeelde dat de minister bevoegd was om voor elke afzonderlijke overtreding een boete op te leggen. De uitspraak van het College bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.