Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de meervoudige kamer van 12 juli 2022 in de zaak tussen
[naam] , te [woonplaats] , appellant
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
forfaitaireomloopsnelheid min werkelijk aantal dagen 2017) /
forfaitaireomloopsnelheid) * werkelijk aantal
vóór 1 januari 2018 opgezettedieren * tarief 2018.
werkelijk aantaldagen 2018 en 2019) /
werkelijkeomloopsnelheid) * werkelijk aantal dieren
per 1 januari 2018* tarief 2018.
werkelijk aantaldagen 2018 en 2019)/
werkelijkeomloopsnelheid) * werkelijk
aantal vóór 1 januari 2018 opgezettedieren * tarief 2018
werkelijk aantaldagen 2018 en 2019) /
werkelijkeomloopsnelheid) * werkelijk
aantal vóór 1 januari 2018 opgezettedieren * tarief 2018.
- de beroepschriften (1 punt). Daarin zijn weliswaar enkele zaken nader geschetst, maar dit betreft fictieve voorbeeldsituaties ter verduidelijking van de algemeen geformuleerde beroepsgronden, waarop de nadruk ligt;
- de regiezitting op 19 januari 2021 (0,5 punt). Op deze zitting zijn met name organisatorische en processuele aspecten met betrekking tot het gehele cluster van zaken besproken;
- het nadere stuk van de gemachtigde van 7 april 2021 (0,5 punt), nu hij daarin op verzoek van het College voor alle zaken waarin een correctiekorting is gegeven zijn standpunt geeft over het rechtskarakter van die korting;
- het nadere stuk van de gemachtigde van 31 mei 2021 (0,5 punt), nu daarin op verzoek van het College in algemene zin wordt toegelicht dat volgens de gemachtigde met de correctiekorting niet geheel is tegemoetgekomen.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit en de correctiekorting;
- bepaalt dat de rechtsgevolgen van het vernietigde bestreden besluit en de correctiekorting in stand blijven;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 174,- aan appellant te vergoeden;