ECLI:NL:CBB:2021:812
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing tegemoetkoming COVID-19 op basis van SBI-code
In deze zaak heeft appellant, een ondernemer, beroep ingesteld tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een tegemoetkoming van € 4.000,- op grond van de Beleidsregel tegemoetkoming ondernemers getroffen sectoren COVID-19. De aanvraag werd afgewezen omdat de SBI-code waaronder appellant op de peildatum 15 maart 2020 in het handelsregister stond ingeschreven, niet in Bijlage 1 van de Beleidsregel voorkomt. Appellant stelt dat hij zwaar is getroffen door de coronacrisis, maar het College oordeelt dat dit feit alleen niet voldoende is voor het verkrijgen van de tegemoetkoming. De registratie in het handelsregister is leidend en wijzigingen na de peildatum worden niet in aanmerking genomen.
Het College heeft in eerdere uitspraken geoordeeld dat de Beleidsregel moet worden aangemerkt als buitenwettelijk begunstigend beleid, wat betekent dat de rechter alleen kan toetsen of het beleid op consistente wijze is toegepast. In deze zaak heeft verweerder, de minister van Economische Zaken en Klimaat, zijn beleid op consistente wijze toegepast. Er zijn geen bijzondere omstandigheden aangetoond die zouden rechtvaardigen dat van de Beleidsregel moet worden afgeweken. Daarom verklaart het College het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de tegemoetkoming.