ECLI:NL:CBB:2021:675

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
29 juni 2021
Publicatiedatum
28 juni 2021
Zaaknummer
20/1084
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen afwijzing tegemoetkoming op basis van Beleidsregel COVID-19

In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 29 juni 2021 uitspraak gedaan in het beroep van een appellante tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een tegemoetkoming op grond van de Beleidsregel tegemoetkoming ondernemers getroffen sectoren COVID-19. De appellante had een aanvraag ingediend voor een tegemoetkoming, maar de minister van Economische Zaken en Klimaat, verweerder, heeft deze aanvraag afgewezen. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat de SBI-code waaronder de appellante op 15 maart 2020 was geregistreerd, niet in Bijlage 1 van de Beleidsregel was opgenomen. De appellante heeft vervolgens bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard in het bestreden besluit van 7 oktober 2020.

De appellante voerde aan dat de SBI-code en de bijbehorende bedrijfsomschrijving niet overeenkwamen met haar feitelijke werkzaamheden. Na de afwijzing had de Kamer van Koophandel haar registratie aangepast, maar het College oordeelde dat de wijzigingen in het handelsregister na de peildatum niet relevant waren voor de beoordeling van de aanvraag. Het College heeft vastgesteld dat verweerder zijn beleid consistent heeft toegepast en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking van de Beleidsregel rechtvaardigden.

Uiteindelijk heeft het College het beroep ongegrond verklaard, omdat de SBI-code waaronder de appellante geregistreerd stond op de peildatum niet in Bijlage 1 was opgenomen. De appellante had ook geen aanknopingspunten kunnen bieden voor een andere SBI-code die wel op de lijst stond. De uitspraak werd gedaan door mr. B. Bastein, met J.S. Nooren als griffier, en werd openbaar uitgesproken op 29 juni 2021.

Uitspraak

uitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 20/1084

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 29 juni 2021 in de zaak tussen

[naam] , te [plaats] , appellante,

en

de minister van Economische Zaken en Klimaat, verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 3 juli 2020 (het primaire besluit) heeft verweerder geweigerd appellante een tegemoetkoming te verstrekken op grond van de Beleidsregel tegemoetkoming ondernemers getroffen sectoren COVID-19 (Beleidsregel).
Bij besluit van 7 oktober 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van appellante ongegrond verklaard.
Met toestemming van partijen is afgezien van een behandeling ter zitting, waarna het College het onderzoek met toepassing van artikel 8:57, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht heeft gesloten.

Overwegingen

Aanleiding van deze procedure
1. Appellante heeft een aanvraag voor een tegemoetkoming op basis van de Beleidsregel ingediend.
2. Over de onderneming van appellante was op 15 maart 2020 in het handelsregister van de Kamer van Koophandel (KvK) de SBI-code 94.99.7 (overige belangenbehartiging (rest)) opgenomen, en als bedrijfsomschrijving ‘Het geven van redenen voor het ondernemen van een bedevaart’.
3. Verweerder heeft de aanvraag afgewezen. Bij het bestreden besluit heeft verweerder beoordeeld dat de SBI-code waarmee appellante staat geregistreerd niet in Bijlage 1 is opgenomen. De bedrijfsomschrijving van appellante valt ook niet onder een andere SBI-code in Bijlage 1 te brengen, ook niet onder de door appellante geopperde SBI-code 11.05 (vervaardiging van bier). Immers uit de bedrijfsomschrijving volgt niet dat appellante een bierbrouwerij met winkel heeft. Van bijzondere omstandigheden die maken dat verweerder ten gunste van appellante moet afwijken van de Beleidsregel is niet gebleken, aldus verweerder.
Standpunt appellante
4. Primair voert appellante aan dat de SBI-code en bijbehorende bedrijfsomschrijving niet overeenkomen met de feitelijke werkzaamheden. De KvK heeft de registratie aangepast in het handelsregister en appellante staat nu vermeld met de SBI-codes 47.25 (winkels in dranken), 56.30 (cafés) en 11.05 (vervaardiging van bier). De bedrijfsomschrijving is gewijzigd naar ‘Het schenken van bier en andere dranken (horecagelegenheid), het brouwen van bier, verkoop van bier en bitter en het geven van bierproeverijen’. Alle bovenstaande SBI-codes zijn opgenomen in Bijlage 1. Verder voldoet appellante, doordat zij haar deuren moest sluiten als horecagelegenheid, aan de doelstelling van de Beleidsregel. Subsidiair voert appellante aan dat aansluiting gezocht moet worden bij de SBI-code 93.29.9 (overige recreatie (rest, geen jachthavens)) omdat uit haar bedrijfsomschrijving volgt dat eenmalige of periodiek terugkerende recreatieve evenementen worden georganiseerd.
Beoordeling door het College
5. Het College heeft verschillende uitspraken gedaan over de Beleidsregel. Het College verwijst naar de uitspraken van 22 december 2020 (ECLI:NL:CBB:2020:992, ECLI:NL:CBB:2020:993, ECLI:NL:CBB:2020:994 en ECLI:NL:CBB:2020:995). Daarin is onder meer opgenomen dat de Beleidsregel moet worden aangemerkt als buitenwettelijk begunstigend beleid. Dit houdt in dat de rechter alleen kan toetsen of het beleid op consistente wijze is toegepast.
6. Net als in genoemde uitspraken heeft verweerder zijn beleid in dit geval op consistente wijze toegepast. Verweerder hoeft geen rekening te houden met wijzigingen die in het handelsregister zijn doorgevoerd na de peildatum, ook niet als het gaat om wijzigingen met terugwerkende kracht. In het geval van appellante heeft verweerder de aanvraag voor een tegemoetkoming op grond van de Beleidsregel dan ook terecht afgewezen omdat de SBI-code waaronder appellante op 15 maart 2020 was geregistreerd, niet is vermeld in Bijlage 1.
7. Bij toepassing van de Beleidsregel toetst verweerder ook of de bedrijfsomschrijving, zoals die op de peildatum was geregistreerd, aanknopingspunten biedt voor een daarbij passende SBI-code die wel op de lijst in die Bijlage is vermeld. Verweerder heeft terecht geconstateerd dat daar in dit geval geen sprake van is. Uit de bedrijfsomschrijving van appellante volgt immers niet dat zij ook daadwerkelijk evenementen organiseert en daardoor kan geen aansluiting worden gevonden bij de SBI-code 93.29.9. Ook in zoverre heeft verweerder zijn beleid consistent toegepast.
Conclusie
8. Het beroep tegen het bestreden besluit is ongegrond. Voor een proceskostenvergoeding bestaat geen aanleiding.

Beslissing

Het College verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Bastein, in aanwezigheid van J.S. Nooren, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 29 juni 2021.
de voorzitter is verhinderd de de griffier is verhinderd de
uitspraak te ondertekenen uitspraak te ondertekenen