ECLI:NL:CBB:2021:449
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing tegemoetkoming COVID-19 op basis van SBI-code
In deze zaak heeft appellante, een onderneming die zich bezighoudt met het verhuren van vergaderruimtes en flexibele werkplekken, beroep ingesteld tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een tegemoetkoming op grond van de Beleidsregel tegemoetkoming ondernemers getroffen sectoren COVID-19. De aanvraag werd afgewezen omdat de SBI-code waaronder appellante geregistreerd stond, niet overeenkwam met de gewenste SBI-code die wel in de beleidsregel was opgenomen. Appellante voerde aan dat zij door de coronamaatregelen onevenredig was getroffen en dat de wijziging van haar SBI-code in het handelsregister niet door verweerder mocht worden genegeerd.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft geoordeeld dat verweerder zijn beleid consistent heeft toegepast en dat de afwijzing van de aanvraag terecht was. Het College heeft vastgesteld dat de SBI-code waaronder appellante op de peildatum was geregistreerd, niet in Bijlage 1 van de Beleidsregel voorkomt. Bovendien heeft het College aangegeven dat wijzigingen in het handelsregister na de peildatum niet relevant zijn voor de beoordeling van de aanvraag. De argumenten van appellante dat zij binnen de doelstelling van de Beleidsregel valt en dat er bijzondere omstandigheden zijn, zijn door het College verworpen.
De uitspraak van het College is gedaan op 26 april 2021 en het beroep is ongegrond verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding, aangezien het beroep niet succesvol was. De beslissing is openbaar uitgesproken en ondertekend door de voorzitter en de griffier.