ECLI:NL:CBB:2021:284
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de Regeling fosfaatreductieplan 2017 en de gevolgen voor melkveehouders
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 16 maart 2021, zaaknummer 19/1638, staat de Regeling fosfaatreductieplan 2017 centraal. De appellante, een melkveehouderij, heeft bezwaar gemaakt tegen de heffingen die haar zijn opgelegd op basis van deze regeling. De heffingen zijn opgelegd omdat appellante meer melkvee hield dan het referentieaantal dat is vastgesteld op 2 juli 2015. De Regeling is bedoeld om de fosfaatproductie te beperken en is in werking getreden op 1 maart 2017. Appellante betoogt dat de Regeling in strijd is met artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EP), omdat zij hierdoor een individuele en buitensporige last te dragen heeft. Het College oordeelt echter dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat de Regeling haar onredelijk benadeelt. De beslissing van appellante om haar veestapel uit te breiden en te investeren in een nieuwe stal, moet worden gezien als een ondernemersbeslissing, waarbij de risico's voor haar rekening komen. Het College concludeert dat de Regeling niet in strijd is met het EP en dat de bestreden besluiten van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit rechtmatig zijn. Het beroep van appellante wordt ongegrond verklaard.