ECLI:NL:CBB:2018:421
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.C. Stam
- R. W.L. Koopmans
- T.L. Fernig-Rocour
- Rechtspraak.nl
Regeling Fosfaatreductieplan 2017 en de heffingen opgelegd aan melkveehouders
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 21 augustus 2018, zaaknummer 18/1157, staat de Regeling Fosfaatreductieplan 2017 centraal. Appellant, een melkveehouder, heeft bezwaar gemaakt tegen de heffingen die hem zijn opgelegd op basis van deze regeling. De heffingen zijn vastgesteld op verschillende bedragen voor vijf periodes, en appellant betwist de rechtmatigheid van de verrekening van deze heffingen met zijn melkgeld. Hij stelt dat de Regeling onvoldoende grondslag heeft in artikel 13 van de Landbouwwet en dat de inningstermijn van de heffingen al was verstreken voor enkele periodes. Het College oordeelt dat artikel 13 van de Landbouwwet wel degelijk een basis biedt voor de Regeling en dat de inningstermijn niet dwingend is, maar regelend van aard. De verrekening van de heffingen met het melkgeld wordt als privaatrechtelijk gekarakteriseerd, waardoor deze kwestie buiten de bevoegdheid van de bestuursrechter valt. Het College verklaart het beroep ongegrond, zonder aanleiding voor een proceskostenveroordeling.