ECLI:NL:CBB:2021:1092

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
21 december 2021
Publicatiedatum
20 december 2021
Zaaknummer
20/1010
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toepassing van de Beleidsregel tegemoetkoming ondernemers getroffen sectoren COVID-19 en de afwijzing van een aanvraag op basis van SBI-code

In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 21 december 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een onderneming en de minister van Economische Zaken en Klimaat. De appellante, een onderneming die op 15 maart 2020 geregistreerd stond met de SBI-code 70.22.1, had een aanvraag ingediend voor een tegemoetkoming van € 4.000,- op basis van de Beleidsregel tegemoetkoming ondernemers getroffen sectoren COVID-19. Deze aanvraag werd door de minister afgewezen, omdat de SBI-code niet in Bijlage 1 van de Beleidsregel stond vermeld. Het bestreden besluit, waarin het bezwaar van appellante ongegrond werd verklaard, werd door de appellante bestreden in beroep.

Tijdens de zitting op 13 december 2021 was appellante niet aanwezig, maar de minister werd vertegenwoordigd door gemachtigden. De appellante voerde aan dat de Beleidsregel ruimhartig zou worden toegepast en dat haar gewijzigde SBI-code, die wel in Bijlage 1 stond, aanleiding zou moeten geven tot honorering van haar aanvraag. De minister stelde echter dat de registratie op de peildatum leidend is en dat de wijziging van de SBI-code na deze datum niet relevant is voor de beoordeling.

Het College oordeelde dat de minister zijn beleid consistent had toegepast en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking van de Beleidsregel rechtvaardigden. De aanvraag werd terecht afgewezen, omdat de SBI-code op de peildatum niet in Bijlage 1 stond. Het beroep van appellante werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.

Uitspraak

uitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 20/1010

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 december 2021 in de zaak tussen

[naam] B.V., te [plaats] , appellante,

en

de minister van Economische Zaken en Klimaat, verweerder

(gemachtigde: mr. S. van Rijn en mr. C.J.M. Daniels).

Procesverloop

Bij besluit van 3 juli 2020 (het primaire besluit) heeft verweerder de aanvraag van appellante voor een tegemoetkoming van € 4.000,- op grond van de Beleidsregel tegemoetkoming ondernemers getroffen sectoren COVID-19 (Beleidsregel) afgewezen.
Bij besluit van 1 oktober 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van appellante ongegrond verklaard.
Appellante heeft beroep ingesteld tegen het bestreden besluit.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 13 december 2021. Appellante is niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigden.

Overwegingen

Aanleiding van deze procedure
Appellante heeft een aanvraag voor een tegemoetkoming op basis van de Beleidsregel ingediend.
Over de onderneming was op 15 maart 2020 in het handelsregister van de Kamer van Koophandel (KvK) de SBI-code 70.22.1 (Organisatie-adviesbureaus) opgenomen, en als bedrijfsomschrijving ‘Het geven van management-, bedrijfseconomische- en organisatie-adviezen’.
3. Verweerder heeft de aanvraag afgewezen. In het bestreden besluit heeft verweerder overwogen dat de omschrijving van de werkzaamheden zoals die op 15 maart 2020 in het handelsregister stond bepalend is. De SBI-code waarmee appellante op de peildatum 15 maart 2020 in het handelsregister stond ingeschreven, staat niet in Bijlage 1 van de Beleidsregel. Verder heeft verweerder overwogen dat de bedrijfsomschrijving in het handelsregister niet overeenkomt met een andere SBI-code die wél in Bijlage 1 staat. Dat appellante haar registratie na 15 maart 2020 met terugwerkende kracht heeft gewijzigd, maakt dat niet anders. Tot slot is niet gebleken van zodanig bijzondere omstandigheden dat verweerder zou moeten afwijken van de Beleidsregel.
Standpunt appellante
4. Appellante wijst erop dat door de bij de totstandkoming van de Beleidsregel betrokken bewindslieden meerdere malen is toegezegd dat de Beleidsregel ruimhartig zou worden toegepast. Hier heeft zij het vertrouwen aan mogen ontlenen dat haar aanvraag gehonoreerd zou worden. De aanvraag is echter afgewezen, uitsluitend wegens een niet-aansluitende SBI-code. Net als veel andere ondernemers, is appellante tot de conclusie gekomen dat de voor haar geregistreerde SBI-code niet meer (geheel) juist was. Zij heeft deze daarom gewijzigd en sinds 1 januari 2020 staat zij geregistreerd onder SBI-code 85.59.2 (Bedrijfsopleiding en -training). Deze code staat wel op de lijst in Bijlage 1 en appellante dient daarom in aanmerking te komen voor de tegemoetkoming. In het bestreden besluit is verweerder niet ingegaan op deze herbeoordeling door de KvK en het bestreden besluit is daarom onvoldoende gemotiveerd.
Standpunt verweerder
5. Verweerder stelt dat het bezwaar terecht ongegrond is verklaard. De SBI-code 70.22.1 is niet opgenomen in Bijlage 1 van de Beleidsregel en de op de peildatum geregistreerde bedrijfsomschrijving past ook niet bij een wél in Bijlage 1 opgenomen SBI-code. Uit de geregistreerde bedrijfsomschrijving kan niet worden afgeleid dat appellante trainingen of opleidingen aan het personeel van bedrijven verzorgt. Uit de omschrijving leidt verweerder alleen af dat appellante adviezen geeft op de gebieden management, bedrijfseconomie en organisatie. Deze activiteiten worden niet genoemd in de toelichting bij SBI-code 85.59.2 en deze SBI-code is daarom niet passend bij de bedrijfsomschrijving van appellante. Verweerder verwijst naar een enigszins vergelijkbare situatie, waarover het College op 7 september 2021 heeft geoordeeld (ECLI:NL:CBB:2021:866). Dat appellante haar inschrijving met terugwerkende kracht heeft gewijzigd, leidt niet tot een ander oordeel. Van een motiveringsgebrek is geen sprake.

Beoordeling door het College

6. Het College heeft verschillende uitspraken gedaan over de Beleidsregel. Het College verwijst naar de uitspraken van 22 december 2020 (ECLI:NL:CBB:2020:992, ECLI:NL:CBB:2020:993, ECLI:NL:CBB:2020:994 en ECLI:NL:CBB:2020:995). Daarin is onder meer geoordeeld dat de Beleidsregel moet worden aangemerkt als buitenwettelijk begunstigend beleid. Dit houdt in dat de rechter alleen kan toetsen of het beleid op consistente wijze is toegepast.
7. Net als in genoemde uitspraken heeft verweerder zijn beleid in dit geval op consistente wijze toegepast. Niet de feitelijke activiteiten, maar wat op de peildatum is geregistreerd in het handelsregister is leidend. Verweerder hoeft geen rekening te houden met wijzigingen die in het handelsregister zijn doorgevoerd na de peildatum, ook niet als het gaat om wijzigingen met terugwerkende kracht. In het geval van appellante heeft verweerder de aanvraag voor een tegemoetkoming op grond van de Beleidsregel dan ook terecht afgewezen omdat de SBI-code waaronder appellante op 15 maart 2020 was geregistreerd, niet is vermeld in Bijlage 1.
8. Bij toepassing van de Beleidsregel toetst verweerder ook of de bedrijfsomschrijving, zoals die op de peildatum was geregistreerd, aanknopingspunten biedt voor een daarbij passende SBI-code die wel op de lijst in die Bijlage is vermeld. Verweerder heeft terecht geconstateerd dat daar in dit geval geen sprake van is. Ook in zoverre heeft verweerder zijn beleid consistent toegepast.
9. Het College volgt verweerder in het standpunt dat geen sprake is van bijzondere omstandigheden die een afwijking van de Beleidsregel rechtvaardigen.
Conclusie
10. Het beroep is ongegrond. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

Het College verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Bastein, in aanwezigheid van mr. A.A. Dijk, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 21 december 2021.
De voorzitter en de griffier zijn niet in de gelegenheid deze uitspraak te ondertekenen.