Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de meervoudige kamer van 3 november 2020 in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
.Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
College van Beroep voor het bedrijfsleven
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 3 november 2020 uitspraak gedaan in het geschil tussen [naam 1] V.O.F. en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De appellante had een subsidie aangevraagd op grond van de Regeling Europese EZK- en LNV-subsidies voor een innovatief stalsysteem dat ammoniakreductie voor vleeskalveren zou realiseren. De aanvraag werd echter afgewezen omdat het aangevraagde systeem niet voldeed aan de omschrijving van de relevante BWL-code. De appellante had in haar aanvraag een systeem beschreven dat verder ging dan de standaard eisen van de BWL-code, door innovatieve technieken toe te voegen voor de afvoer van mest en urine. De minister stelde dat de subsidieaanvraag niet kon worden goedgekeurd omdat het systeem niet onder de bestaande code viel en er nog geen nieuwe code was vastgesteld voor de innovatieve aanpassingen. Tijdens de zitting op 16 september 2020 werd duidelijk dat de appellante niet alleen subsidie vroeg voor het systeem dat onder de BWL-code viel, maar ook voor de extra voorzieningen die niet waren goedgekeurd. Het College oordeelde dat de afwijzing van de subsidieaanvraag terecht was, omdat de aanvraag niet voldeed aan de voorwaarden van de Regeling. Het beroep van de appellante werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.