ECLI:NL:CBB:2016:232
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- R.R. Winter
- J. Schukking
- H.L. van der Beek
- Rechtspraak.nl
Randvoorwaardenkorting en terugvordering van GLB-inkomenssteun in het kader van overtreding Meststoffenwet
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven op 15 juli 2016, geregistreerd onder de zaaknummers 13/651 en 13/725, staat de appellante, Veefok- en Kalvermesterij [naam] B.V., tegenover de staatssecretaris van Economische Zaken en de Staat der Nederlanden. De zaak betreft een korting van 3% op de GLB-inkomenssteun voor het jaar 2010, opgelegd wegens het niet naleven van randvoorwaarden uit de Meststoffenwet (Msw). De appellante heeft bezwaar gemaakt tegen de besluiten van de staatssecretaris, die de korting en de terugvordering van een te veel ontvangen bedrag van € 347,29 heeft gehandhaafd.
De appellante betwist de korting en de terugvordering, stellende dat er geen overschrijding van de gebruiksnorm voor dierlijke mest heeft plaatsgevonden en dat de toets aan de Beleidsregels normenkader randvoorwaarden GLB niet correct is uitgevoerd. Het College overweegt dat de staatssecretaris terecht de korting heeft toegepast, aangezien de appellante de gebruiksnormen voor meststoffen heeft overschreden. De rechtbank Gelderland had eerder vastgesteld dat de appellante de normen had overschreden, wat ook in het hoger beroep niet in geschil was.
Het College concludeert dat de staatssecretaris gehouden was om de randvoorwaardenkorting toe te passen en dat de beroepsgronden van de appellante niet slagen. Tevens wordt er een compensatie toegekend voor de overschrijding van de redelijke termijn in de procedure, en wordt de minister van Veiligheid en Justitie veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van € 500,00 en de proceskosten van de appellante. De beroepen van de appellante worden ongegrond verklaard.