Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de meervoudige kamer van 14 juli 2015 op het hoger beroep van:
BankGiro Loterij N.V. (BGL) ,
,en
(gemachtigden: mr. H.W. Roerdink en mr. C.W. Kniestedt),
College van Beroep voor het bedrijfsleven
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 14 juli 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de boetes die de Autoriteit Consument en Markt (ACM) had opgelegd aan de BankGiro Loterij N.V. (BGL) en de Nationale Postcode Loterij N.V. (NPL) wegens overtredingen van de Telecommunicatiewet (Tw). De boetes, in totaal € 262.500,--, waren opgelegd voor het ongevraagd overbrengen van communicatie aan abonnees die zich hadden ingeschreven in het Bel-me-niet-register. De loterijen stelden dat ACM niet had aangetoond dat er daadwerkelijk communicatie was overgebracht, omdat er geen bewijs was dat er verbindingen tot stand waren gebracht. Het College oordeelde dat ACM de bewijslast draagt en dat de enkele bevestiging van de loterijen dat telefoonnummers zijn gebruikt, onvoldoende bewijs vormt. Het College vernietigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en herroept de boetes, omdat ACM niet had bewezen dat de loterijen de wet hadden overtreden. Tevens werd ACM veroordeeld in de proceskosten van de loterijen, vastgesteld op € 1.960,--.