Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de meervoudige kamer van 3 april 2015 in de zaken tussen
Zebra Gasnetwerk B.V. (Zebra), te Bergen op Zoom,
Enexis B.V.(Enexis), te Rosmalen,
de Autoriteit Consument en Markt (ACM), verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Objectiviteit: de beoogde methode behoort zich maximaal te baseren op het gebruik van objectiveerbare gegevens en minimaal op subjectieve elementen;
Redelijkheid: netbeheerders moeten in staat zijn om via de reguleringssystematiek van
Vergelijkbaarheid: omdat de reguleringssystematiek is gebaseerd op maatstafconcurrentie, hetgeen betekent dat de prestaties en kosten van de netbeheerders onderling worden vergeleken, is het van belang dat de GAW’s en de afschrijvingsschema’s die worden toegepast vanaf het moment van regulering voor alle netbeheerders op dezelfde wijze worden vastgesteld.
Het uitgangspunt van objectiviteit vergt dat sprake is van objectiveerbare gegevens. Het College ziet in het door ACM gestelde en rekening houdend met de toelichting die is gegeven in het rapport van de Algemene Rekenkamer, geen aanknopingspunt voor de aanname dat sprake moet zijn van representatieve gegevens.