ECLI:NL:RVS:2023:64
Raad van State
- Hoger beroep
- J. Schipper-Spanninga
- M.J.C. Beerse
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep van vreemdelingen tegen niet-ontvankelijk verklaring van asielaanvragen door staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 10 januari 2023 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van twee vreemdelingen, die samen met hun minderjarige kind een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd hadden aangevraagd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had op 16 augustus 2022 deze aanvragen niet-ontvankelijk verklaard. De vreemdelingen waren het hier niet mee eens en hebben tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, die op 20 oktober 2022 de beroepen van de vreemdelingen ongegrond verklaarde, hoger beroep ingesteld. De vreemdelingen werden vertegenwoordigd door mr. A.S. Sewman, advocaat te Lemmer.
De Raad van State oordeelde dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De reden hiervoor was dat het hogerberoepschrift geen vragen bevatte die in het belang van de rechtseenheid, rechtsontwikkeling of rechtsbescherming in het algemeen beantwoord moesten worden. Bovendien ging het hoger beroep onder andere over een rechtsvraag die eerder door de Afdeling was beantwoord, waardoor er geen aanleiding was om in dit geval anders te oordelen.
Uiteindelijk werd het hoger beroep ongegrond verklaard en werd de uitspraak van de rechtbank bevestigd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid werd niet verplicht om proceskosten te vergoeden. De uitspraak werd vastgesteld door mr. J. Schipper-Spanninga, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. M.J.C. Beerse, griffier.