ECLI:NL:RVS:2023:4007
Raad van State
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van besluit tot niet in behandeling nemen van asielaanvraag
Op 31 oktober 2023 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van een vreemdeling tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De vreemdeling had op 6 juni 2023 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, maar deze aanvraag werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling genomen. De rechtbank had het beroep van de vreemdeling ongegrond verklaard in haar uitspraak van 10 juli 2023. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. R. Balkenende, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.
De Afdeling heeft de rechtsvraag die in de grief naar voren werd gebracht, beantwoord in een eerdere uitspraak van 21 september 2023. Hieruit bleek dat de vreemdeling terecht aanvoerde dat een zogenoemde loopbrief als bewijs geldt dat om internationale bescherming is verzocht. Dit impliceert dat het overnameverzoek niet tijdig is ingediend, waardoor de grief van de vreemdeling slaagt.
Het hoger beroep is gegrond verklaard, wat betekent dat de uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd. De Afdeling heeft het beroep van de vreemdeling gegrond verklaard en het besluit van 6 juni 2023 vernietigd. Tevens is de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten, die in dit geval € 2.511,00 bedragen, geheel toe te rekenen aan door een derde verleende rechtsbijstand. De uitspraak is gedaan door mr. C.M. Wissels, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. A.M. van Meurs-Heuvel, griffier.