ECLI:NL:RVS:2021:604
Raad van State
- Verschoning
- C.J. Borman
- J.Th. Drop
- R. Uylenburg
- H.G. Sevenster
- N.D.T. Pieters
- Rechtspraak.nl
Verzoek om verschoning van staatsraad in bestuursrechtelijke zaak
In de zaak met nummer 201909051/4/A3 heeft staatsraad C.J. Borman op 19 maart 2021 verzocht om zich te mogen verschonen in verband met zijn betrokkenheid bij een eerdere uitspraak van de Afdeling van de Raad van State. Deze eerdere uitspraak, gedaan op 25 september 2019, betreft een verzoek om herziening van een eerdere beslissing. De zaak waar Borman zich om verschoning verzoekt, met nummer 201909051/3/A3, staat gepland voor behandeling op 24 maart 2021. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft in haar overwegingen vastgesteld dat Borman, als lid van de enkelvoudige kamer, betrokken was bij de eerdere uitspraak en dat zijn verzoek om verschoning gerechtvaardigd is om elke schijn van vooringenomenheid te vermijden. De Afdeling heeft het verzoek om verschoning toegewezen, wat betekent dat Borman niet zal deelnemen aan de behandeling van de zaak op 24 maart 2021. De beslissing is genomen door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 22 maart 2021, en is vastgesteld door de voorzitter en de leden van de kamer, in aanwezigheid van de griffier.