2.5.Het college is vervolgens in het bestreden besluit van 4 september 2025 overgegaan tot het buiten behandeling laten van verzoeksters aanvraag met toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), omdat verzoekster de gevraagde stukken niet zou hebben overgelegd. Tegen dit besluit heeft verzoekster op 15 okober 2025 bezwaar gemaakt. Daarnaast heeft zij ook opnieuw een aanvraag gedaan.
3. Verzoekster voert aan dat het college artikel 4:5 van de Awb te vroeg heeft toegepast, omdat de hersteltermijn nog niet was verstreken toen het bestreden besluit werd genomen. Bovendien had zij volgens haar al een deel van de gevraagde stukken ingediend, waaronder een machtiging, het zorgplan van 17 juni 2025, kwaliteits- en contractstukken en VOG’s. Andere stukken hoefden of konden volgens haar niet worden overgelegd: een pgb-vaardigheidstoets is niet vereist omdat een professionele budgetbeheerder het pgb zal beheren en een zorgovereenkomst kan pas na toekenning worden opgesteld. Het college had de aanvraag daarom inhoudelijk moeten beoordelen. Daarnaast wijst verzoekster erop dat een Wmo-aanvraag vormvrij is en dat uit e-mailcorrespondentie blijkt dat het college al naar alternatieve voorzieningen keek, wat volgens haar onverenigbaar is met een formele buitenbehandeling-stelling. De aanvullende eisen van het college (zoals een Svb-zorgovereenkomst en individuele VOG’s) acht zij onredelijk, omdat deze de uitvoering betreffen en niet in de weg staan aan het in behandeling nemen van de aanvraag. Volgens verzoekster is de kwaliteit van de beoogde zorgverlener voldoende aangetoond. Tot slot stelt zij dat haar medische situatie niet ter discussie staat.
Toetsingskader voorzieningenrechter
4.
Op grond van artikel 8:81, eerste lid, van de Awb kan de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is of kan worden in de hoofdzaak, op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
Bij het nemen van een beslissing op een verzoek om een voorlopige voorziening speelt een voorlopig oordeel over de rechtmatigheid van het bestreden besluit een belangrijke rol. Daarbij zal de vraag moeten worden beantwoord of er een redelijke mate van waarschijnlijkheid bestaat dat de aangevallen beslissing niet in stand kan blijven. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank in een (eventuele) bodemprocedure niet.
5. Verzoekster verblijft momenteel in een safehouse van [organisatie 1] waar zij begeleiding en dagbesteding ontvangt. Er is echter geen financiering voor deze ondersteuning. In afwachting daarvan wordt de ondersteuning nu om niet verleend, maar [organisatie 1] heeft aangegeven dat verzoekster het safehouse zal moeten verlaten als financiering uitblijft. Volgens verzoekster en haar begeleider brengt het wegvallen van deze veilige woonomgeving en dagelijkse structuur een acuut risico op terugval en ontregeling mee, gezien haar verslavingsachtergrond en PTSS-klachten. De voorzieningenrechter ziet in de mogelijke beëindiging van het lopende begeleidingstraject voldoende aanleiding om aan te nemen dat verzoekster een spoedeisend belang heeft bij een beslissing van de voorzieningenrechter in afwachting van de beoordeling van haar bezwaar door het college.
Opname in het safehouse en de Wmo-melding
6. De voorzieningenrechter overweegt dat verzoekster vanuit een crisissituatie, die zij ter zitting nader heeft toegelicht, op 15 mei 2025 in het safehouse is terecht gekomen. [zorgverlener] heeft verzoekster ondersteunt in het vinden van een veilige plek. Uit de dossierstukken blijkt niet duidelijk hoe de Wmo-melding van 21 mei 2025 aanvankelijk door het college is opgepakt, omdat bijvoorbeeld gespreksverslagen ontbreken. Wel bevindt zich in het dossier een door het maatwerkteam van de gemeente opgesteld ‘doorbraakplan’ van 21 mei 2025. Daarin is een situatieschets opgenomen en is vermeld dat er geen tijd was om de detox, behandelsetting/beschermd wonen en safehouse vooraf goed in te regelen met de Wmo. Er is met haast en spoed vanwege veiligheidsoverwegingen gehandeld. Veilige opvang in de omgeving was vol of er was sprake van contra-indicaties.