ECLI:NL:RBZWB:2025:6387
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen verzuimboete en aanmaningskosten in belastingzaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 23 september 2025, wordt het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst beoordeeld. De inspecteur had aan belanghebbende voor het jaar 2020 een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen opgelegd, met een belastbaar inkomen van € 100.091. Tevens was er een verzuimboete van € 385 opgelegd en € 3.099 aan belastingrente in rekening gebracht. Belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de verzuimboete, maar de rechtbank verklaart het beroep tegen de aanmaningskosten niet-ontvankelijk. De rechtbank oordeelt dat de boetebeschikking terecht is en dat belanghebbende niet tijdig aangifte heeft gedaan. De rechtbank wijst erop dat de belastingrechter niet bevoegd is om te oordelen over het verzoek om uitstel van betaling, en dat het beroep tegen de aanmaningskosten niet inhoudelijk kan worden beoordeeld. De rechtbank concludeert dat de verzuimboete passend en geboden is, en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenvergoeding. De uitspraak is openbaar gemaakt en belanghebbende kan in hoger beroep gaan.