ECLI:NL:RBZWB:2025:2559
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek om proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke procedure
Op 25 april 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een verzoeker en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal. De zaak betreft een verzoek om proceskostenveroordeling naar aanleiding van een intrekking van een verzoek om een voorlopige voorziening. De verzoeker had eerder een verzoek ingediend tegen een besluit van het college van 17 februari 2025, maar trok dit verzoek in nadat het college had aangegeven de werking van het besluit op te schorten tot zes weken na de beslissing op bezwaar. De voorzieningenrechter heeft het college in de gelegenheid gesteld te reageren op het verzoek om proceskostenveroordeling en heeft zonder zitting uitspraak gedaan.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat het college aan de verzoeker tegemoet is gekomen door de begunstigingstermijn te verlengen. Dit betekent dat de verzoeker een reden had om het verzoek om voorlopige voorziening in te dienen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een uitzondering op deze regel rechtvaardigen. Daarom heeft hij het verzoek om proceskostenveroordeling toegewezen. De proceskosten zijn berekend op € 907,-, wat de waarde is van de proceshandeling verricht door de gemachtigde van de verzoeker. De voorzieningenrechter heeft het college veroordeeld tot betaling van dit bedrag aan de verzoeker, en het griffierecht wordt aan de verzoeker terugbetaald.