ECLI:NL:RBZWB:2024:8722
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering WIA-uitkering wegens onvoldoende toegenomen arbeidsongeschiktheid
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de weigering van het UWV om een WIA-uitkering toe te kennen. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een herbeoordeling van haar arbeidsongeschiktheid, na een eerdere afwijzing in 2019. Het UWV had in 2023 vastgesteld dat eiseres niet meer dan 35% arbeidsongeschikt was, en weigerde de uitkering per 26 oktober 2023. Eiseres voerde aan dat haar gezondheid was verslechterd en dat zij recht had op een WIA-uitkering. De rechtbank heeft de argumenten van eiseres en de medische rapporten van het UWV beoordeeld. De rechtbank concludeert dat het UWV terecht heeft geoordeeld dat de toegenomen klachten van eiseres niet voortkomen uit dezelfde ziekteoorzaak als eerder vastgesteld. De rechtbank oordeelt dat de artrose aan de duimbasis geen causaal verband heeft met de eerdere arbeidsongeschiktheid en dat de psychische klachten niet geobjectiveerd zijn. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de beslissing van het UWV om de WIA-uitkering te weigeren.