ECLI:NL:RBZWB:2024:796
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke geschil over recreatieve verhuur van een woning in strijd met bestemmingsplan
Op 8 februari 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen Central Holding B.V. en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noord-Beveland. Eiseres, Central Holding B.V., heeft beroep ingesteld tegen een besluit van het college van 9 februari 2023, waarin een last onder dwangsom werd opgelegd voor het staken van de recreatieve verhuur van een pand. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard, waarbij zij oordeelde dat de recreatieve verhuur van het pand in strijd is met het geldende bestemmingsplan. Eiseres betoogde dat het gebruik van het pand niet als recreatief verhuur kan worden aangemerkt, maar als recreatief wonen, wat volgens haar in overeenstemming is met het bestemmingsplan. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het begrip 'recreatief wonen' een duurzaam karakter vereist, wat niet het geval is bij de verhuur aan steeds wisselende toeristen. De rechtbank heeft verwezen naar eerdere uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State ter ondersteuning van haar oordeel. De rechtbank concludeert dat het college bevoegd was om handhavend op te treden tegen de recreatieve verhuur, en dat het beroep van eiseres ongegrond is verklaard.