ECLI:NL:RBZWB:2024:6281

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
11 september 2024
Publicatiedatum
11 september 2024
Zaaknummer
AWB-22_4818
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hersteluitspraak inzake WOZ-woning met correctie van heffingsambtenaar en proceskostenveroordeling

Op 11 september 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een hersteluitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer AWB-22_4818. Deze uitspraak is een correctie op een eerdere uitspraak van 12 juni 2024, waarin een misslag was geconstateerd met betrekking tot de naam van de heffingsambtenaar. De heffingsambtenaar had op 8 augustus 2024 een herzieningsverzoek ingediend, waarin werd aangegeven dat de naam van de heffingsambtenaar onjuist was vermeld als 'Sabewa Zeeland'. De rechtbank heeft vastgesteld dat de juiste naam 'Samenwerking Belastingen Walcheren en Schouwen-Duiveland' is.

Daarnaast heeft de rechtbank geconstateerd dat in de eerdere uitspraak een fout was gemaakt in de toewijzing van de proceskosten. In plaats van dat de heffingsambtenaar de kosten zou moeten vergoeden, had de Staat der Nederlanden (de Minister van Justitie en Veiligheid) deze kosten moeten dragen. De rechtbank heeft deze misslagen gecorrigeerd en de uitspraak aldus verbeterd. De rechtbank heeft benadrukt dat het dictum van de eerdere uitspraak correct was en leidend is.

De hersteluitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Tegen deze hersteluitspraak staat geen hoger beroep of ander rechtsmiddel open, zoals bevestigd door eerdere arresten van de Hoge Raad.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Middelburg
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 22/4818
hersteluitspraak van 11 september 2024 ter verbetering van de uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 juni 2024 in de zaak tussen

[belanghebbende], uit [plaats], belanghebbende,

(gemachtigde: mr. R. van der Weide, verbonden aan Bezwaarmaker.nl),
en
de heffingsambtenaar van Samenwerking Belastingen Walcheren en Schouwen-Duiveland(gemeente Vlissingen),
en

de Staat der Nederlanden (de Minister van Justitie en Veiligheid).

Overwegingen

1. De rechtbank heeft in deze zaak op 12 juni 2024 uitspraak gedaan. De heffingsambtenaar heeft op 8 augustus 2024 een herzieningsverzoek ingediend. Hierin heeft de heffingsambtenaar aangegeven dat in de uitspraak de naam van de heffingsambtenaar onjuist is opgenomen. Tevens worden de proceskosten gelet op overweging 12.1 toebedeeld aan de heffingsambtenaar en in de beslissing wordt de Staat veroordeeld.
1.1.
De rechtbank stelt vast dat de uitspraak van de rechtbank een misslag bevat. Op pagina 1 van de uitspraak staat als naam van de heffingsambtenaar “Sabewa Zeeland”.
1.2.
Ter voorkoming van misverstanden wordt deze misslag hierbij hersteld. Herstel van de misslag brengt mee dat de naam van de heffingsambtenaar komt te luiden: “Samenwerking Belastingen Walcheren en Schouwen-Duiveland”.
1.3.
De rechtbank heeft in rechtsoverweging 12.1 van de uitspraak onder meer overwogen:
“[…]De vergoeding bedraagt dus € 218,75, te betalen door de heffingsambtenaar.”
1.4.
De rechtbank is van oordeel dat daar had moeten staan.
“De vergoeding bedraagt dus € 218,75, te betalen door de Staat.”
1.5.
De rechtbank merkt op dat het dictum correct is en dit leidend is.
1.6.
Hetgeen de heffingsambtenaar voor het overige aanvoert,, betreft geen kennelijke misslag. Om die reden ziet de rechtbank geen aanleiding voor een herstelbeslissing daarin.

Beslissing

De rechtbank verbetert de misslag in de uitspraak op de wijze als hiervoor in 1.2 en 1.4 beschreven en verstaat dat de uitspaak aldus verbeterd moet worden gelezen.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.E. de Boer, in aanwezigheid van W.M.C. Oomen, griffier, op 11 september 2024 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze hersteluitspraak staat geen hoger beroep dan wel een ander rechtsmiddel open (onder meer: arrest van de Hoge Raad van 3 februari 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV2583 en van 6 december 2013, ECLI:NL:HR:2013:1449).