In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres, die stelt dat de Belastingdienst/Toeslagen niet tijdig heeft beslist op haar bezwaar tegen de definitieve beschikking herbeoordeling kinderopvangtoeslag. Eiseres had op 3 november 2023 bezwaar gemaakt tegen de beschikking van 4 oktober 2023. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk gegrond is, omdat de beslistermijn van de Belastingdienst inmiddels is verstreken. De rechtbank heeft de Belastingdienst opgedragen om binnen twee weken na deze uitspraak alsnog een besluit te nemen. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft ook recht op een proceskostenvergoeding van € 437,50, omdat de rechtbank oordeelt dat de Belastingdienst in gebreke is gebleven. De rechtbank heeft de dwangsom vastgesteld op € 1.442,-, omdat de ingebrekestelling op 25 maart 2024 is ontvangen en er sindsdien meer dan 42 dagen zijn verstreken. De uitspraak is gedaan door mr. dr. E.J. Govaers op 2 juli 2024.