ECLI:NL:RBZWB:2023:9182
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onbevoegdheid van de rechtbank in bestuursrechtelijke zaak betreffende zorgverlening
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 22 december 2023, wordt het beroep van eisers tegen de brief van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd van 10 juli 2023 behandeld. In deze brief bevestigt de verweerster dat er geen nader onderzoek zal worden verricht naar de zorgverlening van de overleden (schoon)moeder van eisers. De rechtbank oordeelt dat deze mededeling geen besluit is in de zin van artikel 1:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), omdat het geen rechtsgevolg heeft en derhalve niet vatbaar is voor bezwaar of beroep.
De rechtbank heeft eerder, op 22 september 2022, al geoordeeld dat de mededeling van de verweerster geen besluit is en heeft zich toen onbevoegd verklaard. Dit oordeel is in latere uitspraken door zowel de rechtbank als de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State bevestigd. Eisers hebben verzet aangetekend tegen deze eerdere uitspraken, maar de rechtbank blijft bij haar standpunt dat de mededeling van de verweerster niet op rechtsgevolg is gericht.
Eisers hebben verzocht om een voor beroep vatbare beslissing, maar de rechtbank ziet geen aanleiding om hierover anders te oordelen. De rechtbank verklaart zich derhalve onbevoegd en maakt deze uitspraak openbaar. De uitspraak is gedaan door mr. A.G.J.M. de Weert, rechter, in aanwezigheid van mr. M.R. Jouvenaar, griffier.