ECLI:NL:RBZWB:2023:6781

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
27 september 2023
Publicatiedatum
2 oktober 2023
Zaaknummer
10439294 \ CV EXPL 23-1247 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • mr. De Vlieger
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Uitleg van een overeenkomst van aanneming van werk tot het waterdicht maken van een kelder met een waterdichtheidsgarantie

In deze bodemzaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 27 september 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser [eiser01] en gedaagde Tesar B.V. over de uitleg van een overeenkomst voor het waterdicht maken van een kelder. Eiser stelt dat Tesar B.V. haar garantieverplichting heeft geschonden door lekkages niet te herstellen onder de garantie. Tesar B.V. betwist dat zij contractspartij is en stelt dat de garantie niet van toepassing is op de lekkages die zijn ontstaan. De kantonrechter oordeelt dat er een aannemingsovereenkomst tot stand is gekomen tussen eiser en Tesar B.V. en dat Tesar B.V. haar garantieverplichting heeft geschonden. De rechter wijst eiser een schadevergoeding toe van €3.500,-, te vermeerderen met rente en kosten. Daarnaast moet Tesar B.V. ook de buitengerechtelijke kosten en proceskosten vergoeden. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van aannemers en de uitleg van garantiebepalingen in overeenkomsten.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Tilburg
Zaaknummer: 10439294 \ CV EXPL 23-1247
Vonnis van 27 september 2023
in de zaak van
[eiser01],
te [plaats01] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser01] ,
gemachtigde: Stichting Rechtsbijstand ZLM,
tegen
TESAR B.V.,
te Drachten,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Tesar B.V.,
gemachtigde: mr. N.E. van Uitert.

1.De procedure

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek
- de akte uitlaten producties van [eiser01]
1.2
Vervolgens heeft de kantonrechter besloten vonnis te wijzen.

2.De feiten

2.1
In februari 2018 doet [eiser01] een aanvraag bij Tesar voor het waterdicht maken van de kelder van zijn woonhuis in [plaats01] .
2.2
Op 21 februari 2018 stuurt Tesar een richtprijs voor het waterdicht maken van de kelder van [eiser01] , waarover partijen in februari 2018 heen en weer e-mailen.
2.3
In oktober 2018 brengt Tesar een offerte uit aan [eiser01] . Bij e-mail van 8 oktober 2018 schrijft Tesar aan [eiser01] :

(…)
Zojuist contact gehad met [naam01] , bij deze dan ook akkoord op € 3.500,00 incl. BTW.
Aangepaste offerte / opdracht bevestiging komt u kant op.
Bij deze alvast bedankt voor de opdracht’
2.4
De (aangepaste) offerte van Tesar van 8 oktober 2018 luidt, voor zover van belang, als volgt:
‘(…)
Wij bieden in deze dan aan het waterdicht maken van de wanden en het waterdicht maken van de kim (kim is de overgang vloer in wanden) (…)
(…)
Al onze werken worden uitgevoerd door een daartoe gecertificeerd KRIZTAL® bedrijf
Op alle KRIZTAL® werken 30 jaar garantie
PRIJSOPGAVE
Inclusief 6% BTW
De prijs voor onze werkzaamheden bedraagt € 3.500,00 INCL. 6% BTW
(…)
Garantie:op deze offerte zijn van toepassing de garantie(s) zoals deze door de applicateur worden verstrekt. Dit wil zeggen 30 jaar garantie op waterdichtheid voor de uitgevoerde werken.
(…)
TESAR BV
(…)’
2.5
De werkzaamheden aan de kelder van [eiser01] worden uitgevoerd door Rusbo Isolatietechniek B.V. (hierna: Rusbo). Na oplevering geeft Rusbo een apart garantiecertificaat af aan [eiser01] .
2.6
In 2020 ontstaat lekkage in de kelder, die door Rusbo wordt verholpen. Bij een nieuwe lekkage in maart 2022 meldt [eiser01] zich bij Tesar met het verzoek de kelder onder de garantie (weer) waterdicht te maken. Rusbo blijkt op dat moment niet meer te bestaan.
2.7
Op 26 maart 2022 schrijft Tesar per e-mail aan [eiser01] geen garantie te verlenen voor de lekkage en brengt zij een offerte uit van € 8.614,50 voor het waterdicht maken van de kelder.
2.8
Op 19 juli 2022 schrijft de gemachtigde van [eiser01] per brief aan Tesar dat Tesar aan [eiser01] een garantie op waterdichtheid heeft verstrekt voor de duur van 30 jaar met het verzoek binnen 14 dagen toe te zeggen dat zij de kelder onder die garantie (weer) waterdicht zal maken.
2.9
Diezelfde dag schrijft Tesar – kortweg – terug dat zij het werk niet heeft aangenomen of uitgevoerd en geen garantie heeft gegeven op dit werk. Nadien blijft Tesar bij dit standpunt.
2.1
Bij brief van 9 januari 2023 schrijft de gemachtigde van [eiser01] , voor zover van belang, het volgende aan Tesar:

(…)
U heeft uitdrukkelijk aangegeven dat u de verbintenis, het herstellen van de kelder in het kader van garantie, niet zult nakomen. (….) Door middel van dit schrijven wordt de verbintenis tot herstel omgezet in een vervangende schadevergoeding op grond van artikel 6:87 BW. De vervangende schadevergoeding bedraagt € 6.889,92, te weten de kosten voor herstel van de lekkage.
Ik verzoek u binnen een week na heden tot betaling van schadevergoeding ter hoogte van € 6.889,92 over te gaan. (…)

3.Het geschil

Standpunt [eiser01]
3.1
Samengevat wil [eiser01] dat Tesar aan hem een schadevergoeding betaalt van € 6.889,92, vermeerderd met rente en kosten. Volgens [eiser01] heeft hij met Tesar een overeenkomst gesloten tot het waterdicht maken van de kelder van zijn woning en is daarbij door Tesar een waterdichtheidsgarantie van 30 jaar afgegeven. Nadat lekkage optrad in zijn kelder, wilde Tesar de kelder niet onder deze garantie (weer) waterdicht maken. [eiser01] vindt dat Tesar in verzuim is met de nakoming van haar garantieverplichting en hij daarom recht heeft op vergoeding van herstelkosten.
Standpunt Tesar
3.2
Tesar concludeert tot afwijzing van de vorderingen van [eiser01] , met veroordeling van [eiser01] in de kosten van deze procedure. Tesar betwist dat zij een overeenkomst heeft met [eiser01] . Volgens Tesar heeft [eiser01] een overeenkomst gesloten met Rusbo en is Tesar niet gehouden de garantie uit te voeren. Daarnaast voert Tesar aan dat het lekkageprobleem op de keldervloer betrekking heeft, terwijl de opdracht alleen zag op het waterdicht maken van de kelderwanden. Tot slot stelt Tesar dat de garantie van Rusbo beperkt was tot het bedrag van de aanneemsom.
3.3
Voor zover nodig gaat de kantonrechter in de beoordeling op de stellingen van partijen in.
4.1
De beoordeling
Wat vindt de kantonrechter?
4.1
De kantonrechter vindt dat Tesar een schadevergoeding aan [eiser01] moet betalen van €3.500,-, te vermeerderen met rente en (proces)kosten. De kantonrechter wijst de vorderingen van [eiser01] dus gedeeltelijk toe.
4.2
Deze beslissing licht de kantonrechter hierna toe. Daarbij legt hij uit (i) dat er een (aannemings)overeenkomst tot stand is gekomen tussen [eiser01] en Tesar, (ii) dat Tesar haar garantieverplichting tegenover [eiser01] heeft geschonden en (iii) hoe de schade wordt begroot. Tot slot gaat de kantonrechter in op de gevorderde buitengerechtelijke kosten en proceskosten.
Tesar is contractspartij
4.3
Tesar betwist in deze zaak dat zij contractspartij is van [eiser01] . De kantonrechter vindt echter dat Tesar wel als (hoofd)aannemer partij is bij de overeenkomst tot het verrichten van werkzaamheden aan de kelder van [eiser01] . De kantonrechter legt uit waarom.
4.4
Of Tesar contractspartij is, hangt ervan af wat partijen tegenover elkaar hebben verklaard en wat zij uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid en mochten afleiden (vgl. HR 11 maart 1977, NJ 1977, 521). Daarbij neemt de kantonrechter in elk geval in aanmerking welke hoedanigheid van Tesar voor [eiser01] kenbaar was en in welke context partijen optraden (vgl. HR 29 oktober 2021, ECLI:NL:HR:2021:1615). Ook kan van belang zijn hoe partijen zich na het sluiten van de overeenkomst hebben gedragen of geuit.
4.5
Vaststaat dat [eiser01] in februari 2018 bij Tesar een aanvraag indiende voor het waterdicht maken van zijn kelder. [eiser01] wijst in dit verband op de e-mails die partijen in februari 2018 aan elkaar hebben verstuurd. De kantonrechter stelt vast dat Tesar in die e-mails uitsluitend uit eigen naam schrijft, haar e-mails ondertekent met ‘
TESAR BV’, naar haar eigen website verwijst en ook zelf offertes stuurt aan [eiser01] .
4.6
De e-mailcorrespondentie tussen partijen uit oktober 2018 laat eenzelfde beeld zien. Tesar spreekt daarin onder meer van ‘
onze prijsopgave’ en ‘
onze werkwijze’. De kantonrechter vindt dat uit die e-mailwisseling ook duidelijk blijkt dat [eiser01] en Tesar rechtstreeks met elkaar onderhandelden over de inhoud van de offerte van Tesar en de aanneemsom voor de werkzaamheden. Sluitstuk daarvan is de e-mail van Tesar van 8 oktober 2018, waarin zij schrijft:

(…)
zojuist contact gehad met [naam01] , bij deze dan ook akkoord voor € 3.500,00 incl. BTW
aangepaste offerte / opdracht bevestiging komt u kant op
bij deze alvast bedankt voor de opdracht
(…)
4.7
De aanneemsom van €3.500,- komt overeen met de offerte van Tesar van 8 oktober 2018 (zie r.o. 2.4). Ook die offerte staat op eigen naam van Tesar. Met bewoordingen als ‘
onze prijsopgave’, ‘
in onze prijs is inbegrepen’, ‘
al onze werken’en ‘
de prijs voor onze werkzaamheden’ presenteert Tesar zich in die offerte als de contractspartij van [eiser01] . Voor [eiser01] was er geen aanleiding om te veronderstellen dat Tesar als een soort tussenpersoon voor Rusbo handelde.
4.8
De kantonrechter vindt dan ook dat [eiser01] uit de gedragingen en verklaringen van Tesar terecht heeft afgeleid dat Tesar in eigen naam de opdracht aanvaardde op basis van haar offerte van 8 oktober 2018. Dat betekent dat tussen [eiser01] en Tesar een aannemingsovereenkomst tot stand is gekomen (art. 6:217 BW) en Tesar tegenover [eiser01] gebonden is aan de inhoud van haar eigen offerte.
4.9
Anders dan Tesar aanvoert, maakt hierin geen verschil dat Rusbo de werkzaamheden aan de kelder uitvoerde, daar een garantiecertificaat voor afgaf en de aanneemsom aan [eiser01] factureerde. Uit deze gang van zaken hoefde [eiser01] niet af te leiden dat Tesar (toch) niet zijn contractspartij zou zijn. Feit blijft dat Tesar de opdracht van [eiser01] in eigen naam aanvaardde en daarmee zelfstandig (rechten en) plichten is aangegaan. Bovendien merkt [eiser01] terecht op dat de tussenkomst van Rusbo als uitvoerder van de werkzaamheden juist in lijn is met de offerte van Tesar. In die offerte staat namelijk onder meer dat alle werken van Tesar ‘
worden uitgevoerd door een daartoe gecertificeerd KRIZTAL® bedrijf’. Deze werkwijze beschrijft Tesar ook op haar eigen website.
4.1
Ook de door Tesar overgelegde e-mail van 12 oktober 2018 brengt de kantonrechter niet op andere gedachten. Afgezien dat [eiser01] gemotiveerd betwist dat hij deze e-mail heeft ontvangen, gaat het hier om een eenzijdige mededeling van Tesar van ná de totstandkoming van de overeenkomst tussen [eiser01] en Tesar. Voor zover Tesar daarmee beoogde (al) haar rechten en plichten uit die overeenkomst aan Rusbo over te dragen, dan was daar de medewerking van [eiser01] voor nodig en had Tesar dit ook samen met Rusbo in een akte moeten vastleggen (art. 6:159 BW). Dat is allemaal niet aan de orde.
4.11
Dat Tesar in juli 2023 aan de heer [naam02] (destijds van Rusbo) gevraagd heeft te bevestigen dat Rusbo de kelderklus van [eiser01] heeft aangenomen, verandert aan het voorgaande niets. Het gaat er immers om wat [eiser01] uit de gedragingen en verklaringen van Tesar mocht afleiden.
4.12
Kortom, de kantonrechter concludeert dat Tesar contractspartij is van [eiser01] en tegenover [eiser01] gebonden is aan de (rechten en) verplichtingen die volgen uit haar offerte van 8 oktober 2018.
Tesar heeft garantieverplichting geschonden
4.13
De vraag is vervolgens of Tesar haar garantieverplichting tegenover [eiser01] heeft geschonden. De kantonrechter vindt van wel en motiveert dit oordeel als volgt.
Uitleg overeenkomst - Haviltex
4.14
Niet ter discussie staat dat sprake is van lekkage in de kelder van [eiser01] . Ook staat vast dat de offerte van Tesar een garantie bevat. Waar partijen het over oneens zijn, is of de lekkageproblemen in de kelder onder de garantie van Tesar vallen. Volgens [eiser01] zag de opdracht aan Tesar op het waterdicht maken van de kelder en blijkt nu dat er sprake is van lekkage in de keldermuren en keldervloer. Tesar voert op haar beurt aan dat de garantie beperkt is tot de kelderwanden, terwijl de lekkage alleen verband houdt met de keldervloer.
4.15
Om te beantwoorden wie gelijk heeft, moet de kantonrechter eerst de overeenkomst tussen partijen - de garantie in het bijzonder – uitleggen aan de hand van de betekenis die partijen redelijkerwijze daaraan mochten toekennen en wat zij redelijkerwijze van elkaar mochten verwachten (Haviltex-maatstaf).
4.16
Dit betekent in gewone(re) taal dat de kantonrechter moet onderzoeken wat de (gemeenschappelijke) bedoeling van partijen is geweest bij het sluiten van de overeenkomst. Daarbij kijkt de kantonrechter niet alleen naar de tekst van de offerte, maar naar alle relevante omstandigheden. Waaronder de aard van de overeenkomst en wat partijen voorafgaand aan de overeenkomst hebben gezegd of geschreven.
Bedoeling van partijen: waterdichte kelder
4.17
Uit de aangevoerde feiten en omstandigheden volgt volgens de kantonrechter een duidelijke (gemeenschappelijke) bedoeling van partijen, namelijk het (volledig) waterdicht maken van de kelder van [eiser01] . De kantonrechter licht dit toe.
4.18
In het e-mailcontact uit februari 2018 bevestigt Tesar dat [eiser01] een aanvraag heeft gedaan voor het waterdicht maken van zijn kelder. De daaropvolgende e-mails tussen partijen laten zien dat partijen dat resultaat telkens voor ogen hielden in hun gesprekken en onderhandelingen. Dat Tesar hier ook zelf van uitging, blijkt onder meer uit haar e-mail van 21 februari 2018. Daarin spreekt zij immers over ‘
de kosten voor het waterdicht maken van uw kelder’. Partijen waren het er dus over eens welk resultaat moest worden bereikt.
4.19
Hieraan doet niet af dat de uiteindelijke opdracht zag op het waterdicht maken van de wanden en de kim (de overgang tussen vloer en wanden), zoals Tesar aanvoert. Uit de e-mails en offerte van Tesar uit oktober 2018 blijkt namelijk dat Tesar een werkopname van Rusbo als basis gebruikte voor haar offerte. In de offerte van 8 oktober 2018 staat hierover het volgende:

Uit de opname komt naar voren dat er lekkage is door de wanden en de kim. Wij bieden in deze dan aan het waterdicht maken van de wanden en het waterdicht maken van de kim (kim is de overgang van de vloer in de wanden).’
4.2
Hieruit leidt de kantonrechter af dat Tesar zelf door Rusbo liet beoordelen welke werkzaamheden nodig waren voor het waterdicht maken van de kelder. Tesar heeft daar klaarblijkelijk uit opgemaakt dat volstaan kon worden met het waterdicht maken van de wanden en de kim. Gezien haar deskundigheid mocht van Tesar worden verwacht dat zij daarbij een juiste inschatting zou maken.
4.21
In elk geval mocht Tesar niet zomaar afgaan op de aanvraag van [eiser01] , waarin hij spreekt over lekkende keldermuren. [eiser01] – die niet handelde in beroep of bedrijf – heeft op dat gebied immers niet de expertise die Tesar heeft. Daar komt bij dat Tesar wist dat [eiser01] een waterdichte kelder wilde. Op haar rustte dan ook de plicht om [eiser01] te waarschuwen als de overeengekomen werkzaamheden (mogelijk) niet dat resultaat zouden bereiken (art. 7:754 BW).
4.22
Onder deze omstandigheden vindt de kantonrechter dat [eiser01] redelijkerwijze mocht verwachten dat zijn kelder na de werkzaamheden als opgenomen in de offerte van Tesar volledig waterdicht zou zijn.
Wat betekent dit voor de garantie?
4.23
In de garantiebepaling waar [eiser01] zich op beroept staat het volgende:
‘(…)
Garantie:op deze offerte zijn van toepassing de garantie(s) zoals deze door de applicateur worden verstrekt. Dit wil zeggen 30 jaar garantie op waterdichtheid voor de uitgevoerde werken.
(…)
4.24
De zinsnede ‘
de uitgevoerde werken’legt de kantonrechter uit in het licht van de (gemeenschappelijke) bedoeling van partijen dat de kelder van [eiser01] na ‘
de uitgevoerde werken’ waterdicht zou zijn (r.o. 4.14-.4.22). Kortom, de kantonrechter leest de garantiebepaling zo dat Tesar garantie heeft verstrekt op een volledig waterdichte kelder. Van dat resultaat mocht [eiser01] immers uitgaan.
4.25
Anders dan Tesar aanvoert, is haar garantie dus niet beperkt tot die delen van de kelder die Rusbo – in de praktijk – met het product Kriztal heeft behandeld, laat staan tot de werking van het product Kriztal.
Garantieverplichting niet nagekomen
4.26
Aangezien niet ter discussie staat dat er sinds 2022 (opnieuw) lekkage optreedt in de kelder, kon [eiser01] aanspraak maken op de garantie van Tesar.
4.27
Dat geldt overigens net zo goed als de garantie van Tesar wel beperkt zou zijn tot de wanden en de kim van de kelder. [eiser01] wijst er immers terecht op dat uit de offerte van [naam03] volgt dat er óók lekkage optreedt in de muren van de kelder.
4.28
Linksom of rechtsom heeft Tesar de verzoeken van [eiser01] om de kelder onder de garantie te (laten) herstellen dus ten onrechte links laten liggen. Daarmee schond Tesar haar garantieverplichting tegenover [eiser01] .
Verzuim / omzettingsverklaring
4.29
Uit de (telkens afwijzende) reacties van Tesar mocht [eiser01] afleiden dat Tesar haar garantieverplichting niet zou nakomen. Dat betekent dat Tesar in verzuim verkeert (art. 6:83 sub c BW). [eiser01] was dus bevoegd de verbintenis tot nakoming om te zetten in een verbintenis tot vervangende schadevergoeding, zoals zijn gemachtigde bij brief van 9 januari 2023 heeft gedaan (art. 6:87 BW).
4.3
Kortom, vaststaat dat Tesar haar garantieverplichting heeft geschonden en [eiser01] recht heeft op vergoeding van de schade die hij daardoor lijdt.
Welke schade moet Tesar vergoeden?
4.31
Bij de begroting van die schade vergelijkt de kantonrechter de werkelijke situatie met de (hypothetische) situatie waarin [eiser01] zou hebben verkeerd als Tesar haar garantieverplichting wel was nagekomen (vgl. HR 26 maart 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL0539).
Werkelijk – herstelkosten [naam03]
4.32
Omdat Tesar haar (garantie)verplichtingen niet is nagekomen, is [eiser01] aangewezen op herstel door een derde (als [naam03] ) en moet hij daar kosten voor maken. De hoogte van die herstelkosten (€6.889,92) onderbouwt [eiser01] met de offerte van [naam03] . De kantonrechter kan die onderbouwing volgen. De offerte van [naam03] ziet namelijk op een definitieve oplossing van de lekkages in muren en vloer van de kelder die – als gezegd – onder de garantie van Tesar vallen. Hoewel [naam03] technisch een andere oplossing biedt (drainage) dan Tesar, ziet ook deze offerte op het (definitief) waterdicht maken van de kelder. Het verband tussen de tekortkoming van Tesar en de herstelkosten is daarmee gegeven. De offerte van [naam03] komt de kantonrechter ook gedegen en redelijk voor. Zo is het bedrag dat [naam03] rekent voor het waterdicht maken van de kelder lager dan de (nieuwe) offerte van Tesar zelf (zie r.o. 2.7).
4.33
De kantonrechter gaat er dan ook van uit [eiser01] – in werkelijkheid – een bedrag van €6.889,92 kwijt zal zijn aan het herstellen van zijn kelder.
Hypothetisch - garantie tot aanneemsom
4.34
Dat betekent echter niet dat Tesar dit bedrag volledig moet betalen aan [eiser01] . Tesar voert namelijk aan dat haar garantie beperkt is tot het bedrag van de aanneemsom van €3.500,-. De kantonrechter volgt Tesar op dit punt en licht dit toe.
4.35
Tesar verwijst naar het garantiecertificaat van Rusbo. Daarin staat onder meer:

(…)
Garantiebepalingen:
A.
De herstelkosten zullen nimmer meer bedragen dan de aanneemsom waarvoor de werkzaamheden zijn uitgevoerd, aanneemsom waterdicht maken €3.500,- incl. BTW’.
(…)’
4.36
[eiser01] heeft dit garantiecertificaat ondertekend en daarmee ingestemd met deze bepaling, die neerkomt op een aansprakelijkheidsbeperking.
4.37
Hoewel het hier gaat om een garantievoorwaarde van Rusbo (en niet van Tesar zelf), werkt deze volgens de kantonrechter door in de overeenkomst tussen [eiser01] en Tesar. In haar offerte verklaart Tesar immers expliciet de garantie(s) van toepassing ‘
zoals deze door de applicateur worden verstrekt’. Daaronder valt de aansprakelijkheidsbeperking tot het bedrag van €3.500,-.
4.38
De kantonrechter legt de garantiebepaling van Tesar dus zo uit dat de garantie van Tesar beperkt was tot een bedrag aan herstelkosten van €3.500,-. [eiser01] spreekt dit in zijn laatste akte ook niet tegen.
Schade – conclusie
4.39
Waar [eiser01] in werkelijkheid het volledige bedrag van €6.889,92 kwijt zal zijn aan het herstellen van zijn kelder, zou Tesar een bedrag van €3.500,- aan herstelkosten hebben ‘gedekt’ als zij haar haar garantieverplichting (wel) was nagekomen. Tesar dient [eiser01] zoveel mogelijk in die toestand te brengen (zie r.o. 4.31). Dat betekent dat Tesar een bedrag van €3.500,- aan schadevergoeding aan [eiser01] moet betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente zoals gevorderd.
Buitengerechtelijke kosten
4.4
Daarnaast moet Tesar een bedrag aan buitengerechtelijke kosten aan [eiser01] betalen. In deze zaak is het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit) van toepassing. De hoofdvordering betreft namelijk vervangende schadevergoeding (art. 6:87 BW). [eiser01] heeft voldoende onderbouwd dat er buitengerechtelijke incassowerkzaamheden hebben plaatsgevonden, waaronder de brief van zijn gemachtigde van 9 januari 2023 en de daaropvolgende e-mailwisseling met Tesar.
4.41
Dit brengt mee dat Tesar buitengerechtelijke kosten verschuldigd is. De hoogte hiervan stelt de kantonrechter vast op € 574,75. Dit bedrag komt overeen met het wettelijke tarief uitgaande van een hoofdsom van €3.500,-, inclusief btw. Immers is [eiser01] niet btw-plichtig is en heeft hij Tesar op 9 januari 2023 aangemaand voor de btw over de buitengerechtelijke kosten.
Proceskosten
4.42
Tot slot moet Tesar ook de proceskosten en de nakosten van [eiser01] vergoeden. Tesar wordt in deze zaak namelijk (grotendeels) in het ongelijk gesteld. De proceskosten van [eiser01] begroot de kantonrechter tot aan dit vonnis op:
Explootkosten € 109,44
Griffierecht € 244
Salaris gemachtigde € 660,- (twee punten)
Nakosten
€ 132,-
Totaal € 1.145,44

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1
veroordeelt Tesar tot betaling aan [eiser01] van €3.500,- als vervangende schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van dagvaarding tot aan de dag van volledige betaling;
5.2
veroordeelt Tesar tot betaling aan [eiser01] van €574,75 aan buitengerechtelijke kosten;
5.3
veroordeelt Tesar tot vergoeding van de proceskoten van [eiser01] , tot aan dit vonnis begroot op € 1.145,44;
5.4
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.5
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. De Vlieger en in het openbaar uitgesproken op 27 september 2023.