ECLI:NL:RBZWB:2023:6312
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om proceskostenvergoeding in belastingzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 15 september 2023 uitspraak gedaan in een belastingrechtelijke kwestie tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de gemeente Veere. De heffingsambtenaar had eerder de waarde van een onroerend goed vastgesteld en de belanghebbende had hiertegen bezwaar gemaakt. Na een uitspraak op bezwaar, waarbij het bezwaar gegrond werd verklaard en de waarde werd verminderd, heeft de belanghebbende beroep ingesteld. Tijdens de procedure heeft de heffingsambtenaar aangegeven dat er een compromis was bereikt, waarna de belanghebbende het beroep heeft ingetrokken, met het verzoek om vergoeding van de proceskosten.
De rechtbank heeft het verzoek om proceskostenvergoeding afgewezen. De rechtbank oordeelde dat, hoewel de heffingsambtenaar tegemoet was gekomen aan het beroep van de belanghebbende, er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De rechtbank wees erop dat de proceskostenvergoeding alleen kan worden gevraagd voor tijdverzuim in verband met zittingen of onderzoekshandelingen, en niet voor het voorbereiden of lezen van stukken. Bovendien was er geen bewijs van proceskosten die voor vergoeding in aanmerking kwamen volgens de geldende regelgeving.
De rechtbank heeft wel vastgesteld dat de heffingsambtenaar verplicht is het door de belanghebbende betaalde griffierecht van € 50,- te vergoeden, en dat de belanghebbende zich hiervoor tot de heffingsambtenaar moet wenden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in verzet te gaan tegen deze beslissing.