In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 augustus 2023, wordt het beroep van eiseres beoordeeld, die stelt dat de Belastingdienst/Toeslagen niet tijdig heeft beslist op haar bezwaar van 21 oktober 2022. Dit bezwaar betreft drie beschikkingen van 12 oktober 2022 met betrekking tot de kinderopvangtoeslag over de jaren 2008 tot en met 2013. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk gegrond is, omdat de Belastingdienst de beslistermijn heeft overschreden. Eiseres had op 24 mei 2023 verweerder in gebreke gesteld, maar er is sindsdien geen nieuw besluit genomen. De rechtbank bepaalt dat verweerder alsnog binnen twee weken na verzending van deze uitspraak een besluit moet nemen, maar stelt ook dat een termijn van zes weken redelijker is gezien het aantal te behandelen bezwaarschriften. Daarnaast legt de rechtbank een dwangsom op van € 100,- per dag voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt ook een vergoeding van € 418,50 voor proceskosten en het griffierecht van € 50,- moet door verweerder worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om verzet aan te tekenen.