ECLI:NL:RBZWB:2023:5247
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Intrekking bijstandsuitkering en terugvordering door college van burgemeester en wethouders van Tilburg
In deze zaak heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 25 juli 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van Tilburg. De eiser ontving van 29 november 2019 tot en met 21 maart 2021 een bijstandsuitkering, maar deze werd per 22 maart 2021 ingetrokken. Het college vorderde de teveel betaalde bijstand terug en wees een nieuwe aanvraag voor bijstandsuitkering af. De eiser maakte bezwaar tegen deze besluiten, maar het college verklaarde het bezwaar tegen de intrekking van de bijstandsuitkering niet-ontvankelijk en het bezwaar tegen de afwijzing van de nieuwe aanvraag ongegrond. De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard, omdat de bezwaartermijn was overschreden en de eiser niet voldoende had aangetoond dat hij zijn hoofdverblijf had op het opgegeven adres. De rechtbank concludeerde dat het centrum van het maatschappelijk leven van de eiser zich nog steeds bij zijn vriendin bevond, en niet op het adres waar hij een studio huurde. De rechtbank oordeelde dat de intrekking van de bijstandsuitkering en de terugvordering van de teveel betaalde bijstand terecht waren.