Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
- het verzuim wordt veroorzaakt door medische redenen (ziekte);
- er (op dat moment) geen mogelijkheden voor het verrichten van eigen of ander werk lijken te bestaan;
- er geen aanwijzingen zijn voor problemen in de arbeidsverhoudingen;
- [verzoekster01] en [verweerder01] op verstandige wijze een spoedige terugkeer naar eigen werk wensen;
- het plan van aanpak van de re-integratie gericht moet worden op een volledige werkhervatting van het eigen werk in enkele maanden.
Er heeft onlangs een gesprek plaatsgevonden met de leidinggevende. Daar zijn mogelijkheden voor aanpassing of verandering van werk besproken. Daardoor zijn vragen ontstaan bij mevrouw [verzoekster01] . Ik beveel aan hierover in gesprek te gaan.(…)
Als er een gesprek heeft plaatsgevonden, dan kan een stapsgewijze terugkeer in het werk worden gestart. Laat mevrouw [verzoekster01] bij aanvang bij voorkeur niet contactgebonden werkzaamheden verrichten. Start dan met 2 maal per week 2 uren (niet op aaneengesloten dagen.”
Op grond van het bovenstaande kan gesteld worden dat werknemer na een verdere opbouw van uren, werkzaamheden en loonwaarde in principe geschikt te achten is voor het eigen werk.”
Ivm verplichte re-integratie traject [verzoekster01] is afgesproken dat ze in het kader van ‘contact met de werkvloer’ de komende tijd af en toe een kort bezoekje aan [afdeling01] zal brengen. Dit is puur een gezellige kop koffie, misschien een praatje met de jongeren. Graag hoor ik het als [verzoekster01] langs is geweest. Het is niet de bedoeling dat ze werkzaamheden doet en niet de planning dat ze terug komt.”
De primaire focus ligt op het terugkeren in het werk waarin de werknemer is uitgevallen. Daar moeten alle activiteiten op gericht zijn. Dit is een continu proces. Dat betekent dat de werkgever voortdurend moet blijven onderzoeken of het mogelijk is dat de werknemer in het eigen werk kan terugkeren. De werkgever moet de werknemer de mogelijkheid bieden om het eigen werk gedeeltelijk te hervatten. Verder moet werkgever bekijken of er mogelijkheden zijn om door verlichting van werkzaamheden en overdracht van taken aan collega’s de werknemer zo veel mogelijk weer in het eigen werk te laten functioneren. Ook aanpassing van dienstrooster en eventuele herverdeling van taken kunnen van de werkgever gevraagd worden, tenzij dit de arbeidsorganisatie te ernstig verstoort. Uit het arbeidsdeskundig rapport blijkt dat na opbouw werknemer geschikt te achten is voor het eigen werk.(…)”
Zowel de bedrijfsarts als de verzekeringsarts zijn van mening dat medewerker voldoende belastbaar is om via een geleidelijke, tijdcontingente opbouw van uren te re-integreren in eigen werk. Deze mogelijkheden zijn er al vanaf 18 december 2020. Werknemer had dan ook eigenlijk al moeten starten met re-integreren in eigen werk. Deze mogelijkheden zijn er al vanaf 18 december 2020. Werknemer had dan ook eigenlijk al moeten starten met re-integreren in eigen werk voor een aantal uren per week vanaf 18 december 2020. Aangezien de verwerking van de aanvraag lang heeft geduurd bij het UWV en de eerder gestuurde medische informatie niet goed was verwerkt, wist werkgever niet wat er van hen kon worden verwacht. Werkgever is geïnformeerd en zal de re-integratie in eigen werk gaan oppakken.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
Het is niet de bedoeling dat ze werkzaamheden doet en niet de planning dat ze terug komt.” Al met al brengt dit naar het oordeel van de kantonrechter meer dat [verweerder01] haar re-integratieverplichtingen grovelijk heeft veronachtzaamd. [verweerder01] heeft daardoor naar het oordeel van de kantonrechter jegens [verzoekster01] ernstig verwijtbaar gehandeld. Ook is op grond van voormelde feiten en omstandigheden voldoende aannemelijk dat van [verzoekster01] als gevolg van dat ernstig verwijtbaar handelen niet langer gevergd kan worden bij [verweerder01] werkzaam te blijven. Gelet op het voorgaande zal de kantonrechter de verzoeken om [verweerder01] te veroordelen tot betaling van een transitievergoeding en een billijke vergoeding toewijzen. Overigens is voor toewijzing van de verzochte billijke vergoeding niet nodig, zoals door [verweerder01] aangevoerd, dat [verzoekster01] ook stelt en zo nodig bewijst dat bij wél deugdelijk naleven van deze re-integratieverplichtingen, de arbeidsongeschiktheid geen twee jaar onafgebroken zou hebben voortgeduurd. Die causale relatie dient er wel te zijn als een werknemer op grond van 7:682 lid 1 sub c BW verzoekt om een billijke vergoeding wegens het ernstig tekortschieten van werkgever in de re-integratieverplichtingen na een opzegging van de arbeidsovereenkomst door de werkgever wegens twee jaar arbeidsongeschiktheid. Daarvan is echter geen sprake, omdat [verzoekster01] een billijke vergoeding vordert op grond van artikel 7:671c lid 2 sub b BW.