Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
wonende te wonende te [woonadres]
1.De procedure
- de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 van het Wetboek van Strafvordering (hierna te noemen: Sv), waaruit blijkt dat op 6 november 2022 onder [zoon klager] in het strafvorderlijk onderzoek tegen [zoon klager] in beslag zijn genomen: een personenauto van het Audi A3 voorzien van het [kenteken] (hierna: de Audi) en een geldbedrag van 240 euro;
- het klaagschrift, ingediend op 16 november 2022 ter griffie van deze rechtbank ingevolge artikel 552a Sv;
- de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
2.De beoordeling
3.De beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).