ECLI:NL:RBZWB:2022:756
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning bijstandsuitkering en ingangsdatum bijstandsverlening in het bestuursrecht
Op 15 februari 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Steenbergen, vertegenwoordigd door de Intergemeentelijke Sociale Dienst Brabantse Wal (ISD). De zaak betreft de toekenning van een bijstandsuitkering aan de eiser, die zich op 5 augustus 2020 had gemeld voor bijstand. De ISD had de bijstandsuitkering toegekend met terugwerkende kracht vanaf de datum van aanvraag, maar de eiser betwistte de ingangsdatum van de uitkering, stellende dat hij eerder, op 2 juni 2020, een aanvraag had ingediend via de website van het UWV.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser zich op 8 juni 2020 als werkzoekende had ingeschreven bij het UWV, maar dat dit niet gelijkstaat aan een melding voor bijstandsverlening volgens de Participatiewet. De eiser voerde aan dat hij door de informatie op de website van de ISD was misleid, maar de rechtbank oordeelde dat de informatie op de website niet voldoende was om aan te nemen dat hij zich correct had aangemeld voor bijstand. De rechtbank concludeerde dat de ISD terecht de bijstandsverlening had vastgesteld vanaf de datum van aanvraag, 5 augustus 2020, en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een eerdere ingangsdatum rechtvaardigden.
De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser ongegrond en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door mr. S.S.J. van Kooij, in aanwezigheid van griffier D. Alblas, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.