1. De waarde van de deelnemingen [bedrijf 6] , [bedrijf 7] , [bedrijf 8] en de [bedrijf 9] is thans maximaal nihil;
2. Het appartement aan de [adres] vormt beleggingsvermogen (maar dat is minder dan 5% van het totaal);
3. De drie dochters zijn al meer dan drie jaar in dienstbetrekking bij [bedrijf 2] ;
4. De waarde van de aandelen in [bedrijf 4] is EURO 20 miljoen (dat komt neer op zo'n EURO 5 miljoen bij [bedrijf 2] - 0,6235*0,405 - in plaats van de door ons voorgestelde EURO 3.750.000). Er kan dan geen 'afslag' plaatsvonden voor beloningen aan het management, garanties, e.d.;
5. De deelnemingen hebben een materiele onderneming (dus ook [bedrijf 6] ) en hebben geen beleggingsvermogen ( [bedrijf 4] ook niet);
6. Het vastgoed in [plaats 4] wordt niet in de deal betrokken en wordt liefst vantevoren overgedragen (om overdrachtsbelasting problematiek zo veel mogelijk te vermijden);
7. De aandelen in [bedrijf 5] worden ook niet in de deal betrokken en vantevoren middels een dividend overgedragen aan [naam 1] (zo ook de overige vorderingen, liquiditeiten, e.d. van [bedrijf 2] );
8. De effectieve overgangsdatum is 1 januari 2017;
9. Wij hebben aangegeven dat er op dit moment geen deal is voor een overname van belangen in de deelnemingen aan een derde;
10. De BD checkt nog of de 1% uitbreiding van het indirecte belang in [bedrijf 4] (vanwege de recente omzetting van een vordering in aandelenkapitaal) onder de faciliteit kan worden gebracht (stemmen zij af met afdeling schenkingsrecht). Zo niet, dan resulteert dit in beperkte heffing;
11. Er wordt vastgelegd dat aan de vijfjaars eis is voldaan (m.a.w. dat de aandelenbelangen langer dan vijf jaar worden gehouden; dit is een voorwaarde voor de toepassing van faciliteiten bij schenking);
12. Er is geen heffing van overdrachtsbelasting (waarde [adres] is immers gering in relatie tot het totaal);
13. De BD bevestigt het overleg van vandaag nog schriftelijk (wij hoeven geen actie te ondernemen);
14. Wij vragen tzt nog de faciliteiten schriftelijk aan.”