ECLI:NL:RBZWB:2022:4465
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring bezwaar naheffingsaanslag parkeerbelasting
Op 5 augustus 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de gemeente Tilburg, met zaaknummer BRE 21/3199. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting, maar dit bezwaar werd niet-ontvankelijk verklaard wegens overschrijding van de bezwaartermijn. Hierop heeft de belanghebbende beroep ingesteld tegen deze beslissing en ook tegen een eerdere uitspraak van de invorderingsambtenaar van 1 juli 2021.
De rechtbank heeft het beroep kennelijk gegrond verklaard en heeft zonder zitting uitspraak gedaan op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank oordeelde dat de heffingsambtenaar niet aannemelijk heeft gemaakt dat de naheffingsaanslag op de juiste wijze is bekendgemaakt aan de belanghebbende. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van een juiste bekendmaking van de naheffingsaanslag, waardoor het bezwaar prematuur was en ten onrechte niet-ontvankelijk was verklaard.
De rechtbank heeft de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar vernietigd en de heffingsambtenaar opgedragen om opnieuw op het bezwaar te beslissen. Dit gold ook voor de uitspraak van de invorderingsambtenaar, die het bezwaar van de belanghebbende tegen de in rekening gebrachte vervolgingskosten ongegrond had verklaard. De rechtbank oordeelde dat deze beslissing niet in stand kon blijven, omdat deze was gebaseerd op een onjuiste veronderstelling over de ontvangst van de naheffingsaanslag.
De rechtbank heeft de belanghebbende recht op proceskostenvergoeding toegekend, waarbij de heffingsambtenaar en de invorderingsambtenaar ieder de helft van het door de belanghebbende betaalde griffierecht moeten vergoeden. De totale proceskostenvergoeding werd vastgesteld op € 379,50, waarbij de rechtbank de bijstand door een gemachtigde heeft meegewogen. De uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.